PietV. schreef: ↑17 sep 2017 11:56Het denkproces en voortschrijdende inzichten moeten een stempel krijgen want zonder stempel is een god irrelevant. Dan is het primaire wetenschap en een groeiend maatschappelijk inzicht in hoe wij met zijn allen met relaties en diversiteit moeten omgaan. Zonder dat een religie nog iets te vertellen heeft. Zij kunnen slechts terugvallen op de bronstijd en het primitieve gedachtegoed dat er toen was.
Van den Brink begint zijn boek dan ook met de probleemstelling voor christenen, waarbij hij het kernprobleem voor hen voor wie "het geloof niet maar een bijkomstigheid is, maar de bron waaruit ze putten, de grond waarop ze staan en de lucht die ze inademen" in de eerste paragraaf al scherp uit de doeken doet:
van den Brink schreef:Voor hen is het daarom belangrijk om te weten of de evolutietheorie al dan niet verenigbaar is met een op de bijbel georiënteerd geloof. Als dat niet het geval is, zal ze immers alleen maar afgewezen kunnen worden. Hoe sterk haar papieren in dat geval ook mogen lijken, ze haalt het niet bij de waarheid van het geloof. Geloven is nu eenmaal een hartstochtelijke zaak.
Wat hij hier zegt is exact waar het altijd om draait, hetzelfde dilemma waar een verliefd persoon in verstrikt is: doof zijn voor de feiten.
Wanneer feiten die tegen je passie ingaan voor je voeten worden neergelegd moet je je er uit wurmen door stellen dat ze enkel feiten "mogen lijken", maar het niet zijn, aangezien hartstocht boven feiten staat.
Van den Brink vervolgt door te zeggen dat er toch ook een tweede groep gelovigen is, een groep waartoe ook aspirant-gelovigen toe kunnen behoren. Mensen die zich aangesproken voelen door de christelijke levensstijl, maar tezelfdertijd niet bereid zijn om intellectuele zelfmoord te doen. Men is niet bereid om flagrante onwaarheid te omarmen ten behoeve van het geloof.
Dat is de eerste groep ook niet, zou je zeggen, maar de laatste groep is blijkbaar (in tegenstelling tot de eerste) wetenschappelijk geschoold. Daarom kunnen ze de wetenschappelijke feiten niet zo nonchalant naast zich neerleggen als de eerste groep dat doet.
Van den Brink laat hier wel helemaal achterwege dat om christen te worden je ook de fabel van de letterlijke opstanding van Jezus moet geloven, waarvoor zelfs geen ooggetuigeverslagen van zijn. Sommige 'wetenschappelijk geschoolden' zijn blijkbaar wel bereid om deze goedgelovigheid te omarmen.
Van den Brink schetst zijn eigen ontwikkeling, waartoe ook een jaar (1981) studeren op de Evangelische Hogeschool behoort. Deze school werd in 1977 opgericht door oa. Willem Ouweneel en J.A. (Koos) van Delden, destijds allebei jongeaardecreationisten. De laatste schijnt zijn standpunten nog steeds niet bijgesteld te hebben, en runt een
Mediagroep in Genesis, het Nederlandse equivalent van Answers in Genesis.
Het tweetal is mij vooral bekend via het tweemaandelijks tijdschrift Bijbel & Wetenschap dat ik jarenlang toegezonden kreeg, of ik nu in Engeland of Finland woonde.
Later (2004/2005) brak van den Brink met jongeaardecreationisme, vooral na gesprekken met Cees Dekker, destijds aanhanger van de neo-creationistische
Intelligent Design Movement.
Tegenwoordig denkt van den Brink dat evolutionisme "gewoon heel sterke papieren heeft, in elk geval vele malen sterker dan die van welk alternatief dan ook". Maar hij wil zich bescheiden opstellen en houdt het voor waarschijnlijk dat de huidige evolutietheorie op termijn ingehaald zal worden door een betere, preciezere en meer gedifferentieerde verklaring, terwijl hij tegelijkertijd opmerkt dat het hem uitgesloten lijkt dat de klok daarbij teruggedraaid zal worden "omdat bij zogeheten paradigmawisselingen de verworvenheden van het oude paradigma - de redenen waarom men het ooit aanvaardde - doorgaans meegenomen worden in het nieuwe". Deze laatste kanttekening is m.i. niet erg helder, want verklaringen die enkel preciezer zijn, of wat meer gedifferentieerd, zijn geen paradigmawisseling, maar eenvoudig verbeteringen van het heersende paradigma. Maar de strekking van wat hij wil zeggen is duidelijk: evolutionisme zal ook in de toekomst niet omver geworpen worden om terug te kunnen gaan naar traditionele creationistische opvattingen.
Vanwege deze opinie werd zijn belangstelling opgewekt om te kijken welk prijskaartje aan het evolutionisme hangt voor christelijke leerstellingen.