De evolutieleer volgens Jozef Rulof door Herman Nimis

De evolutieleer volgens Jozef Rulof

 

Woord vooraf: voor beter begrip van dit artikel adviseer ik ook mijn 2 eerdere artikelen over de leer van Jozef Rulof te lezen:

 

Jozef Rulof - racisme van gene zijde
http://www.skepp.be:8080/skepp/artikels/paranormaal/jrulof

 

Jozef Rulof: Rulofianen- discussie zinloos
http://www.skepp.be:8080/skepp/nieuws/rulofdiscuss_zinloos

 

 

Jozef Rulof

Jozef Rulof (1898-1952) heeft in zijn omvangrijk oeuvre geschreven dat hij dankzij uittredingen buiten zijn lichaam (een soort slaaptrance) geestelijk vergevorderde meesters van gene zijde heeft mogen ontmoeten, die hem veel hebben verklaard en getoond over de evolutie van ons universum, de mens en het dierenrijk. De theorie die hij daarover als medium heeft verkondigd is zeer uitgebreid, maar bevat nogal wat vraagtekens en ongerijmdheden en geeft aanhangers veel stof tot speculaties. In dit artikel worden alleen hoofdlijnen belicht. Het zal duidelijk zijn dat met ‘Rulof’ tevens de meesters van gene zijde worden bedoeld.

 

Het verleden : stoffelijke bewustwording

Volgens Jozef Rulof heeft als eerste opvang voor het menselijk leven, dat wordt aangeduid met Eerste kosmische levensgraad, de maan gediend. Voor de volledigheid dient vermeld te worden dat huidige aardbewoners zich volgens de Rulofleer in de derde kosmische graad bevinden, engelen in de vierde, terwijl de astrale meesters in de vijfde, zesde en zevende kosmische graad vertoeven.

 

Het universum was ten tijde van de eerste kosmische graad al miljoenen jaren oud en over de oerknaltheorie staat niets in de boeken. Deze theorie ontstond pas in bredere zin vanaf 1964, toen Rulof al was overleden. De meest primitieve levensvorm begon volgens zijn boeken op de maan, toen het voortplantingsprincipe een aanvang nam met zichzelf delende myriaden cellen, geschapen door de Albron, een universele Goddelijke energie. Christus, of beter gezegd: zijn bewustzijn, zou al tot de allereerste cellen op de maan behoord hebben. Maar het zou nog heel lang duren voordat het hoogste organisme op de maan werd bereikt: het zogeheten visstadium van de mens, wat betekent dat er ook water zou zijn geweest op de maan. Deze levensvorm zou verder geevoluëerd zijn door daarna overgangsplaneten elders in het universum te doorlopen. Tussen elke kosmische graad zouden zich zeven (volgens een andere uitleg zes) van deze planeten bevinden die dienen voor deze evolutie, wat het totaal brengt op 49 resp. 42. Tot aan de vorming van de stevige korst van deze planeten existeerden deze levensvormen in het binnenste ervan. Enkele van deze planeten zouden van dezelfde kracht en grootte zijn als die van de aarde. De planeten die voor de zielenevolutie van de toekomstige vierde tot en met zevende kosmische graad van de mens dienen zouden niet zichtbaar zijn vanaf de aarde. Hoe de overdracht van het stoffelijk organisme tussen de onderlinge planeten verliep wordt niet helemaal duidelijk, maar kennelijk wordt op reïncarnatie gedoeld. Op enkele planeten zou deze levensvorm rechtop zijn gaan lopen en kwam na wederom lange tijd terecht als Tweede kosmische levensgraad op de planeet Mars. Het menselijk organisme zou op die planeet zijn intuïtie hebben verworven en was vanaf dat moment aansprakelijk voor zijn daden. Hier duikt voor het eerst het begrip karma op, een basiselement van de Rulofiaanse leer. Het volledig bewustzijn zou pas op aarde tot ontwaking zijn gekomen als derde kosmische levensgraad. Daarmee ontstond zogeheten voordierlijke bewustwording, met name de begrippen goed, kwaad en schuldgevoel. Dit zou een overgang naar geestelijk leven zijn geweest. Aan de geleidelijke ontwikkeling van het leven van de eenvoudigste cel tot het volmaakte wezen op aarde zouden dus vele planeten hebben meegewerkt. Ook de aarde blijkt uiteindelijk een overgangsplaneet te zijn. De leer van Rulof sluit niet uit dat meerdere gelijke kosmische afstemmingen in andere galaxieën van het universum existeren.

 

Nadat maan en Mars hun taken hadden volbracht zouden deze hemellichamen bezig zijn aan een stervensproces. Het bewustzijn ontstond door de werking van zon en maan. Ook andere planeten en hun bijplaneten (manen?) zouden invloed gehad hebben op het bewustzijn. De hoogst ontwikkelde graden van dit organisme zouden als wezens van het oerwoudstadium op onze planeet zijn gereïncarneerd en worden in de boeken aangeduid met eerste stoffelijke graad voor het organisme op een schaal van zeven. Deze graad is nu bijna uitgestorven. De andere planeten konden niet zover komen met de ontwikkeling van de fysieke mens, maar in de toekomst zal dit wel gebeuren als de mensheid een quantumstap vooruit zal maken naar overgangsplaneten voor de vierde kosmische graad.

 

Kortom, het ontstaan van menselijk leven gebeurde dus op onze maan, werd daarna voortgezet op Mars, waarna dit organisme zich vervolmaakte op de planeet Aarde. Met elke nieuwe stoffelijke graad op aarde creëerde de mens een volgende. De kannibalistische mensen die in de oerwouden leefden vormden de eerste en laagste stoffelijke evolutiegraad en mensen met een blanke huidskleur de zevende en hoogste. Vandaar dat men in de boeken als evolutionaire term veelvuldig van het oerwoud naar het blanke ras tegenkomt. Naast de diversiteit van mensenrassen worden ook kenmerken van lichaamsbouw en uiterlijk aangegeven. Dwergachtige rassen zoals pygmeeën en lilliputters kunnen volgens de Rulofleer nooit de derde stoffelijke graad van menselijke evolutie overtreffen en eskimo’s nooit de 5e.

 

 

Het dierenrijk: al even fantastisch

 

Wat betreft de evolutie van de dierenwereld is de leer van Rulof al even fantastisch. Het dierenrijk zou ontstaan zijn door het rottingsproces na de dood van de eerste menselijke cellen. Het dier zou dus uit de mens geboren zijn. Hier doemt een ongerijmdheid op met het eerdere vissenstadium van de mens (zie boven), omdat aangenomen mag worden dat dit ook een vorm van dierlijk leven was. Volgens de Rulofleer volgen de meeste dieren de mens en zijn ze ook in die verhoogde bewustzijnstoestand op te trekken, vandaar dat de mens in staat is om de meeste dieren te temmen.

 

Charles Darwin zou de plank volledig misgeslagen hebben door te stellen dat de mens van de aap afstamt en werd aan gene zijde door de meesters vermanend terechtgewezen. In tegenstelling tot de mens die slechts één weg heeft te volgen (die naar vervolmaking) gaat het dier in duizenden stoffelijke organismen over. Deze worden ook weer in 7 graden ingedeeld. Sommige dierlijke organismen zijn ingewikkelder dan die van de mens. De duif zou de hoogst mogelijke stoffelijke en geestelijke graad behalen van alle dieren. Kolossen van diersoorten zoals dinosauriërs zouden op de overgangsplaneten voor de tweede kosmische levensgraad zijn ontstaan. Dit groeiproces zou later evenwijdig lopen aan dat van de mens in de vorm van reuzen. Het slachten van dieren wordt in de boeken afgewezen en voor de toekomst wordt algeheel vegetarisme voorspeld.

 

Luizen, wormen, slangen, kwallen, ratten en muizen zijn minderwaardige diersoorten en worden volgens de leer als nascheppingen beschouwd. Ook zij zullen terugkeren tot de Albron maar kunnen nooit het bewustzijn van het vogelrijk beleven. Luizen, mijten en soortgelijke insecten hebben echter ook een vorm van menselijk bewustzijn, omdat zij zouden leven uit de vervuiling van de menselijke aura.

 

 

Het heden: geestelijke bewustwording via rassoorten en reïncarnatie

 

De progressie in geestelijke zin zou zich ontwikkelen tijdens de vele verschillende levens van een mensenziel in een naar boven toelopende spiraal via reïncarnatie, een ander basiselement van de Rulofleer. Wat dit betreft zijn er overeenkomsten met theosofisch en antroposofisch gedachtengoed, hoewel deze door de meesters als ondergeschikte theorieën worden geportretteerd. Naast de individuele mens richt de Rulofleer zich vooral op rassen en volkeren. Als een volk zich massaal slecht gedraagt, zoals bijv. Japanners tijdens W.O.2 , kan het de 7e stoffelijke graad vooralsnog niet bereiken. In zijn boek Het ontstaan van het heelal schrijft Rulof, dat mensen via de reïncarnatiecyclus tot en met de 4e stoffelijke graad verschillende huidskleuren bezitten, maar vanaf de 5e graad uitsluitend een blanke, m.u.v. enkele oosterse rassen in Voor-Indië (huidig India). Degradatie bestaat ook binnen het gradensysteem. Blanken vanaf de 5e graad, die zich niet goed volgens de door de meesters gepropageerde kosmische wetten gedragen, kunnen in een volgend leven weer in 4e graad worden geboren met een donkere huidskleur. Dit is volgens huidige maatstaven racisme van kaliber, maar zou volgens de Rulofiaanse leer een gevolg zijn van de wet van karma. In een later boek schrijft Rulof in een relatief kort stukje dat negroïden tóch de 7e en hoogste graad kunnen bereiken. Mogelijk heeft hij zich laten beïnvloeden door de tijdgeest van 1945-50 en doelt vooral op Amerikaanse negers met een ‘blank bewustzijn’. Wie had verondersteld dat lichaam en geest onlosmakelijk verbonden zijn tijdens een mensenleven komt bij Rulof dus bedrogen uit, want volgens zijn leer kunnen het fysieke en het mentale deel van een mens los van elkaar evolueren. Rulofianen proberen daarmee ook het racisme uit de boeken te ontkrachten. Rulof kent echter typerende en soms denigrerende kenmerken aan mensenrassen toe.

 

Vermenging van verschillende levensgraden, dus ook rassenvermenging, komt volgens de leer al sinds de oudheid voor, is zeer verwerpelijk en zou geleid hebben tot onzuiver bloed en besmetting van de eigen levensgraden. Daardoor ontstonden alle ziekten, geestelijke stoornissen en afbraak op aarde. Indien dit niet was gebeurd, zouden wij al lang geëvolutioneerd zijn tot kerngezonden. De mens zelf zou debet zijn geweest aan dit debakel. Dat het ook anders heeft gekund illustreert Rulof met het volgende voorbeeld: eskimo’s zijn zo gezond en gehard ondanks het strenge klimaat waarin zij leven, omdat zij nooit vermenging van hun eigen graad hebben geduld. Anderzijds wordt in een ander voorbeeld verkondigd dat eskimo’s niet het volmaakte ras zijn, omdat zij zich in geestelijke zin niet kunnen openstellen voor de werken van Duitse componisten, die een hogere mentale ontwikkelingsgraad hebben.

 

Erfelijkheidsziekten zijn volgens Rulof ook te wijten aan vermenging van verschillende menselijke levensgraden en rassen. Als het aan zijn voorspellingen ligt wordt aan de progressie van ziekten en afbraak straks een halt geboden, doordat aan zieken wettelijk verboden zal worden om te trouwen, zodat geen ziek nageslacht meer kan ontstaan. Binnen enkele eeuwen zal de mensheid dan opklimmen tot gezonde stadia. Het zal duidelijk zijn dat in de Rulofleer bloedtransfusie om principiële redenen wordt afgewezen.

 

 

De nabije toekomst : overgang naar een volmaakte wereld

 

Voor de nabije toekomst worden nog meer evolutiestappen verkondigd, een fase die wordt aangeduid met De Eeuw van Christus. De gehele mensheid zal tot deze fase overgaan, waarin ‘abnormaliteiten’ zoals ziekten en homoseksualiteit, maar ook andere rassen dan het blanke zullen verdwijnen. Iedereen zal dan blank, kerngezond, heteroseksueel en gelukkig gehuwd zijn en graad zal bij graad behoren. Nu lopen nogal wat huwelijken mis omdat men niet zou zijn afgestemd op een partner van de juiste graad. Daarom zullen straks parapsychologen in dienst van de staat verplicht een geschikte huwelijkspartner aanwijzen, waarbij vergissingen uitgesloten zijn. Het moederschap zal de boventoon vieren en elk echtpaar zal 2 kinderen hebben. De kerk, alle andere geloofsovertuigingen en stromingen zullen gaandeweg verdwijnen. De vrije wil van de mens zou in dit groeiproces besloten liggen en wordt daarmee van ondergeschikte betekenis (!).Volgens de eschatologie van de Rulofleer zal de leeftijd van de mens per kosmische graad toenemen en in de zevende (en hoogste) kosmische graad zal straks zelfs de dood geen betekenis meer hebben en zal de mens eeuwigdurend leven kennen.

 

Tijdens de afgelopen 2 millenia werden steeds meer technische wonderen uitgevonden die allen door de meesters van gene zijde werden geïnitiëerd. Ze werden echter niet altijd gebruikt om de mensheid te dienen. Hier duikt een contradictie op, want het wapengebruik tijdens sommige oorlogen -zoals de Napoleontische en W.O.2- was volgens het boek De volkeren der aarde nuttig, omdat oorlogen in het algemeen een zuiverende werking zouden hebben op het groepskarma en massa’s alleen uit oorlogen echt zouden leren. Daarnaast zou een -soms gewelddadige- verovering van volkeren van een lagere graad dienen om deze helpen op te trekken naar een hogere graad en Goddelijk bewustzijn. Vandaar dat dictator Mussolini naar Abessinië (= Ethiopië) was getrokken om daar slachtingen aan te richten onder de inheemse bevolking (!). Hier heiligt het doel werkelijk alle middelen. Anderzijds is volgens de leer het doden van een medemens een vergrijp waarvoor men boete moet doen in een correctiesfeer in het hiernamaals om daarna in een of meer volgende levens een ongunstig karma in te lossen. M.i. loopt de Rulofiaanse leer hier behoorlijk vast.

 

Het zogeheten Directe Stem Apparaat, dat omstreeks het jaar 2025 zal worden uitgevonden -ook door initiatie van de meesters- zal een baanbrekend instrument zijn wat de mens in staat zal stellen om te communiceren met gene zijde. Dan zal ook bewezen worden dat alles wat de meesters hebben verkondigd op waarheid berust. De meest twijfelende scepticus zal dan het hoofd moeten buigen, een vaak voorkomende uitdrukking in de boeken. Bij een andere voorspelling sloeg Rulof de plank echter mis: zo wordt in de boeken verkondigd dat de mens nooit in levende lijve in een raket de maan zal bereiken. Uitgeverij Wayti Press heeft steeds geprobeerd deze stelling te ontkrachten.

 

 

De Bijbel: laag waarheidsgehalte

 

In zijn boeken postuleert Rulof een geheel andere visie op het scheppingsverhaal dan de bijbelschrijvers. Het Oude Testament zou een laag waarheidsgehalte hebben en de taken van Mozes en Christus zouden verkeerd zijn weergegeven. Wat de Bijbel over de schepping weergeeft, zou volgens Rulof op het weten van aardse mensen slaan, omdat men in de voorbije eeuwen niet in staat was om kosmische wijsheden te begrijpen. Waar de Bijbel in het boek Genesis over de allereerste schepping schrijft, zou de aarde al miljoenen jaren oud geweest zijn. God maakte geen scheiding tussen licht en duisternis, zoals de Bijbel verhaalt, maar dit onstond door een natuurkundig proces. Toen God zich openbaarde was er alleen werking en het duurde heel lang voordat nevelen ontstonden en daarna verdichte wolken, waaruit het cellenleven na miljoenen jaren uiteindelijk zou zijn ontstaan. De ruimte vóór de schepping was duisternis. In de eerste uren van de schepping was er geen vegetatie en van dit vroege stadium zouden de bijbelschrijvers niets afweten. Door een wisselwerking tussen hemellichamen (in Rulofiaanse termen: verdichting) kwam ook het eerste celleven op de maan tot stand.

 

Rulof verzet zich tegen een wraakzuchtige God zoals die in het OT wordt beschreven, terwijl de kerk juist zou prediken om daarin te geloven. Wie aan de Bijbel vasthoudt, zou ook vastgeroest zitten in dogma’s en niet in staat zijn om werkelijk geestelijk te denken. De meesters hadden al vanaf het begin ontdekt dat op aarde naast veel kwaadwillende zielen ook mensen leefden die openstonden voor het hogere leven. Deze zielen willen zij verzamelen om hen met astrale hulp sterk en machtig te maken en om kwaadwilligen onmondig te maken. Ook hier weer een contradictie: met behulp van de natuurwetten (karma) moeten oorlogen worden gevoerd om dit kwaad uit te bannen, zoals Rulof over W.O.2 schrijft, terwijl in realiteit blijkt dat uit dit soort ingrijpende gebeurtenissen hooguit tijdelijke verbeteringen ontstaan. Deze denktrant volgend kan men zich afvragen hoeveel volgens de leer dus noodzakelijk bloedvergieten nog zal gebeuren om de mens op te trekken naar hoger bewustzijn. Geweld houdt hier geweld in stand.

 

Tóch zit er volgens Rulof enige waarheid in wat de Bijbel schrijft over de voltooiing van het Huis Israël (= het huis Gods), maar vaak zou de fantasie van de bijbelschrijvers op hol zijn geslagen. De verhalen over de zondvloed zijn ten dele correct en een derde van de aarde was destijds overspoeld. Dit was echter niet ontstaan door de toorn Gods, maar een gevolg van de ontwikkeling die de aarde toen doormaakte.

 

Over Mozes wordt bericht dat hij uit de zesde kosmische graad kwam en het aardse instrument zou zijn geweest van gene zijde, maar noch hij noch zijn volgelingen hadden de Tien Geboden begrepen, omdat ze de juiste geestelijke graad nog niet hadden bereikt. Latere profeten hebben met hun wijsheid die van Mozes overtroffen. Aan de komst van Christus ging een belangrijke gebeurtenis vooraf: onder leiding van kosmisch bewuste meesters werd de pyramide van Gizeh gebouwd. In dit gebouw is vastgelegd dat de Messias uit het universum op aarde geboren zou worden. Vóór die tijd zou hij al op onze maan zijn geboren. Daarna zou Christus uit de zevende kosmische levensgraad (wat ook aangeduid wordt met: de sferen) gekomen zijn naar de Aarde. Hij kende inmiddels alle stadia van het leven alsmede de stoffelijke en astrale wetten en zou voor geen enkele ziel in de ruimte onderscheid maken. Hij keerde naar de aarde terug om aan de mensheid het Heilig Evangelie van liefde en harmonie te verkondigen. Zijn geboorte zou anders plaatsgevonden hebben dan de Bijbel verhaalt en voltrok zich op een manier waarop elke menselijke geboorte zich voltrekt. Daarna kregen Maria en Jozef nog meer kinderen, maar Christus zonderde zich al spoedig af om zich aan zijn taak te wijden. De astrale meesters volgen hem daarbij tot aan zijn laatste uur en hij zou geen seconde alleen zijn geweest. Dat Christus aan het kruis hangend volgens de kerk geklaagd zou hebben dat God hem verlaten had, moet volgens de Rulofboeken heel anders worden geïnterpreteerd. Zijn woorden waren grootser en dieper en niet vatbaar voor de stoffelijk denkende mens. Christus zou zich nooit zwak getoond hebben, ook niet in het Hof van Gethsemané waar hij volgens de Bijbel God had gesmeekt om het lijden aan hem voorbij te laten gaan. Met een zwakke Christus zou niets van het Christusbewustzijn zijn overgebleven. De boodschap die hij bracht wordt volgens Rulof nog steeds niet goed door de mensheid begrepen, maar dit zal in de toekomst wél gebeuren.

 

Golgotha, ook een essentiëel punt in de Rulofboeken, heeft een naargeestig gevolg gehad. Wegens hun aandeel bij de kruisiging zouden de joden het hoogste wezen op aarde hebben gedood en zich een enorm groepskarma op de hals hebben gehaald. Dat werd “goed gemaakt” door de holocaust op 6 miljoen van hen ruim 2000 jaar later. Daarmee wordt de wet van karma tot in het absurde geïnterpreteerd, wat er ook op wijst dat Rulof een antisemiet moet zijn geweest.

 

Het NT bracht volgens Rulofianen in elk geval iets positiefs, want zij maken uit het volgend fragment op, dat de komst van Jozef Rulof als schrijvende profeet wordt aangekondigd. Johannes 16: 12-15: Nog veel heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het thans niet dragen; doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen. Hij zal Mij verheerlijken, want Hij zal het uit het mijne nemen en het u verkondigen. Al wat de Vader heeft, is het mijne; daarom zeide Ik: Hij neemt uit het mijne en zal het u verkondigen.

 

 

De verre toekomst: overgang naar de vierde kosmische graad

 

Over miljoenen jaren zal de eenheid tussen de stoffelijke en astrale werelden worden bereikt in de vierde kosmische graad. De opzet van de kosmos heeft dit vastomlijnd doel: de mens een Goddelijk niveau te laten bereiken en zich de geestelijke wetten eigen te maken. Het doel van het leven is het leerproces, waarbij de mens al het leven lief dient te hebben. Alle ellende en ziekten die de mens overkomen hebben zijn door eigen schuld ontstaan en karmatisch bepaald. Karma zou echter nooit een straf zijn, maar het “weer goedmaken” van eerder begane wandaden. In zijn meest volmaakte staat zal de mens in de toekomst via overgangsplaneten naar de vierde kosmische graad evolueren. In die graad zal het menselijk lichaam ijl en doorschijnend zijn en zal men zich uitsluitend voeden met fruit. Rulof heeft dankzij uittredingen al een bezoek kunnen brengen aan deze sferen, waarin naast een geweldige natuur geen bedrog, geweld, jaloezie, hartstocht en egoïsme meer bestaan, maar alleen liefde en harmonie. De aarde zal nog biljoenen jaren blijven bestaan en het langzaam verdwijnen en oplossen van onze planeet zal niet eerder gebeuren wanneer alle aardse wezen hun volmaakte toestand hebben bereikt. Een tweede schepping, zoals sommige geleerden zouden hebben beweerd, zal indruisen tegen alles wat met het Goddelijke te maken heeft.

 

Tot slot. Rulofs leer is dermate utopisch en roept zoveel vragen op, dat hij tijdens zijn leven al besefte dat hij veel kritiek zou ontvangen. Rulofianen beschouwen de boeken evenwel als hun ideale leidraad voor kosmische bewustwording. In de leer van andere wijsgeren en leermeesters zitten volgens hen open einden, maar bij Rulof wordt alles tot in de details verklaard. Dat de boeken tóch op veel onbegrip stuiten zou volgens Rulofianen voornamelijk aan twee oorzaken liggen: ten eerste kwamen ze honderden jaren te vroeg en ten tweede wil de mens zich er (nog) niet voor openstellen. ■

 

Herman Nimis,
Rulofonderzoeker en -criticus.

 

Bronnen:

- Jozef Rulof: Het ontstaan van het heelal, De volkeren der aarde, De Kosmologie van Jozef Rulof (uitgegeven
door Wayti Press. Apeldoorn)

- Aad van den Hout: Een perspectief zonder weerga (vergelijkende studie tussen de Rulofleer en andere
geestelijke stromingen, in eigen beheer uitgegeven).
- www.jozefrulofforum.com

 

Griezelige citaten van Jozef Rulof, deel I. Over de rassenleer van Jozef Rulof.
Griezelige citaten van Jozef Rulof, deel II. Over het antisemitisme van Jozef Rulof.
 

Andere Griezelige citaten
 

Overzicht evolutie

 

Forumdiscussie over dit onderwerp