Gezien de reactie heb ik de indruk niet echt duidelijk geformuleerd te hebben, daarom:Ingi schreef: ↑12 mar 2022 17:15
"De moderne mens verdient beter of zou beter moeten weten"
Persoonlijk vind ik niet dat het zoveel uitmaakt, hoe de mens zich gedraagt als de meer negatieve kant de boventoon voert. Ik ben zelf in een god gelovig gezin op gegroeid en had daar heel vroeg mijn eigen idee over en ben al jong uitgetreden uit de kerk. Of met of zonder God, machtsdenken en het recht van de sterkste kom ik nog steeds tegen. En manipulatie en gehoorzaamheidsdenken. Volgens mij heeft dat niet zoveel met het geloof in God en de niet moderne mens te maken.
Mijn eerste reden ging over het magisch denken. Tovenarij, bovennatuurlijke entiteiten en “wonderen”. Ik dacht dat het anno de 21e eeuw wel een overwonnen standpunt was, maar religie past nog steeds naadloos in deze manier van denken.
Verder:
Inderdaad: machtsdenken, het recht van de sterkste, onverdraagzaamheid, wreedheid komt overal voor, in alle lagen van de bevolking. Dat is inherent aan het mens zijn. Daarom heeft de mens dan ook een “innerlijke autoriteit” ontwikkeld. Een mentaal mechanisme dat “goed” van “kwaad” onderscheidt en de balans bewaakt tussen –eenvoudig gezegd– egoïsme en altruïsme. Ik heb het dan over ons geweten, ons morele kompas.
Dit is een van onze aangeboren vermogens, net als ons communicatie- en ons mobiliteitsvermogen. Deze vermogens zijn in ieder mens in meerdere of mindere mate aanwezig, maar ze moeten wel ontwikkeld worden.
De ontwikkeling van deze ‘innerlijke autoriteit van a-moreel (nog geen besef van goed en kwaad) kind tot moreel mens noemen we opvoeding. Het jonge kind moet iin eerste instantie alleen maar gehoorzamen. Als het opgroeit wordt steeds meer uitgelegd waaróm dit gedaan of dat nagelaten moet worden. Het ontwikkelt empathie, betrokkenheid, medemnselijkheid. Zo ontwikkelt het stap voor stap zijn eigen innerlijke autoriteit, zodat het als het achttien is zijn wettelijke aansprakelijkheid als autonome zelfverantwoordelijke volwassene aankan.
De meestevolwassenen kennen empathie en voelen zich meer of minder betrokken bij hun omgeving. Ze zijn eerlijk, hulpvaardig en verdraagzaam, medemenselijk. Zij weten en accepteren dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor hun denken en hun doen. ‘Meestal’ schreef ik, want jammer genoeg wil het incidenteel weleens misgaan met allerlei misstanden, leugens, bedrog en erger tot gevolg.
In religieuze kringen gaat het structureel mis. Hier blijft de opvoeding, lees indoctrinatie, hangen in kritiekloze gehoorzaamheid aan een “alziende, alwetende, almachtige” externe autoriteit die bovendien ook nogeens “eeuwig” en “onkenbaar” is. Gelovigen verwarren hun gehoorzaamheid met moraal. Zij hebben de verantwoordelijkheid voor hun denken en hun doen aan hun “alziende, alwetende, almachtige” externe autoriteit overgedragen en denken zo het hoogste morele niveau bereikt te hebben. Maar hun empathie, hun betrokkenheid, hun aangeboren medemenselijkheid is geatrofieerd. Daarom noem ik religie immoreel
Dat sommigen (vrij veel eigenlijk) zich toch tot goed functionerende medemensen ontwikkelen is meer ondanks dan dankzij hun opvoeding en pleit alleen maar voor de kracht van dit aangeboren mechanisme. Deze mensen komen wel steeds weer in een morele spagaat zodra hun medemenselijkheid en/of maatschappelijke ontwikkelingen in botsing komen met de geïndoctrineerde gehoorzaamheid. Denk aan ‘Je mag wel homo zíj́n, maar het niet dóén’ en dat soort wanhoopskreten.
Deze gehoorzaamheidscultus van religie geeft samen met het extreme wij-zijdenken dat religieuze stromingen kenmerkt opportunisten die zichzelf opwerpen als “bemiddelaar” of “afgezant”, “ziener”, “profeet” of… van die externe autoriteit alle kans de massa gelovigen tot de meest verschrikkelijke uitbarstingen van haat en grootschalig geweld op te zwepen.
Het geschiedenisboek van de mensheid druipt van het bloed, door religie vergoten.