Dat verwacht ik zekerVilaine schreef:
En ja hoor, ongetwijfeld sprak Jezus aan het kruis Grieks.

Moderator: Moderators
Dat verwacht ik zekerVilaine schreef:
En ja hoor, ongetwijfeld sprak Jezus aan het kruis Grieks.
Ben ik met je eens. De nieuwe bijbelvertaling vertaalt dan ook met: "In uw handen leg ik mijn geest".Vilaine schreef:En hij geeft een verklaring voor bevelen, die m.i. niet correct is.
Bevelen heeft ook de betekenis van aanbevelen, toevertrouwen.
Pakken we het Grieks erbij παρατίθεμαι τὸ πνεῦμα dan lijken de woorden toch echt te betekenen:
Vertrouw ik u mijn geest toe.
En ja hoor, ongetwijfeld sprak Jezus aan het kruis Grieks.
Klopt. De verhalen zijn verzonnen via teksten uit het OT, waarvoor de evangelieschrijvers de Septuaginta gebruikten. Op die manier kwam Mattheüs bijvoorbeeld aan zijn profetie over een maagd die zwanger werd.PietV. schreef:Dat verwacht ik zekerVilaine schreef:
En ja hoor, ongetwijfeld sprak Jezus aan het kruis Grieks.. "Mij dorst" komt waarschijnlijk uit psalm 22. Net als de verdeling van de kleren of de spot van de voorbijgangers. De "edik" psalm 69:9 mag ook meegenomen worden door schrijvers die zoeken naar inspiratie voor hun verhaal.
Je eerste zin houdt geen stand. Aangezien het om een ongelooflijke bewering ging was het verzinnen van een wacht al snel een noodzaak om het verhaal geloofwaardiger te maken.KD schreef: Deze polemiek [tussen joden en christenen] zou niet snel ontstaan zijn als er niet echt een wacht bij was geweest, dan zou de Jood in kwestie eerder het aanwezig zijn van de wacht ontkennen.
Hoe dan ook, ik begrijp je kritiek. Helemaal aangezien Markus, Lukas en Johannes deze wacht niet noemen en de reactie van de wacht in kwestie inderdaad wat merkwaardig is.
Het is dan ook geen essentieel onderdeel van het opstandingverhaal, laat staan het evangelie. Het is wederom slechts een 'detail'. Ook al zou je het verhaal van de wacht als legende beschouwen, doet dit niets af van de waarschijnlijkheid van het lege graf of de opstanding.
Hier ben je imho intellectueel oneerlijk bezig. Mattheüs bedoelt stellig een letterlijk gebeuren te beschrijven, niet iets symbolisch. En dat het apocalyptische gebeurtenissen zijn is ook al duidelijk, maar maakt het ook niet symbolisch. Tenzij je het hele evangelieverhaal, vooral ook het opstandingsverhaal als symbolisch opvat, dan ben je consequent en kan ik weer een eind met je meekomen.KD schreef:Dit is wat je noemt een sterk 'argument from silence'. Een aardbeving is namelijk iets wat de andere evangelieschrijvers vrijwel zeker geweten en genoemd zouden hebben. Dit hoort bij mij in het rijtje van de opgestane heiligen en de daarbijbehorende aardbeving aan het einde van Matteüs 27. Symbolische, apocalyptische taal van Matteüs om de importantie van de opstanding te benadrukken.Rereformed schreef:Matteüs vermeldt een aardbeving. Hoe je van een aardbeving een detail kunt maken moet je nog maar eens overdenken. Alweer is het duidelijk een verzinsel van Matteüs. Zoals je weet is hij verzot op aardbevingen.
Wil dit dan zeggen dat het hele 'lege graf'-verhaal onzin is? Nee. Absoluut niet. Netzomin als het verhaal over de opgestane heiligen in Matteüs 27 de kruisiging en dood van Jezus onwaarschijnlijk maakt.
Dat evangelie mag dan impliceren dat er verschijningen zijn, maar dat is uiteraard wat te verwachten is wanneer het om een geloof gaat dat aan een mythe gestalte wil geven. Het feit dat Marcus het niet uitspelt, en zelfs de formule die Paulus oplepelt in 1 Kor. 15 weglaat, is voor mij doorslaggevend om te verwerpen dat het om een letterlijke opstanding zou gaan. Want dan betekent het heel eenvoudig dat voor Marcus deze verschijningen visioenen zijn waar gelovigen deel aan kunnen hebben, en dus niet als verhaal van wat er gebeurde kunnen weergegeven worden. En de eerste evangelieschrijver durfde deze visioenen nog niet om te turnen tot gebeurtenissen in ruimte en tijd met ooggetuigen, oftewel zo oneerlijk te werk gaan als Matteüs wel bereid was. Blijkbaar had men er in de tijd dat hij schreef nog geen behoefte aan.KD schreef: Hoe dan ook, zelfs als het evangelie van Marcus eindigt bij vers 8, impliceert Markus wel andere verschijningen. Zoals de verschijning aan Petrus e.a. en de verschijningen in Galilea:
Markus 16:
7 Ga terug en zeg tegen zijn leerlingen en tegen Petrus: “Hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zullen jullie hem zien, zoals hij jullie heeft gezegd.”’
en eerder nog Markus 14:
27 Jezus zei tegen hen: ‘Jullie zullen allemaal ten val komen, want er staat geschreven: “Ik zal de herder doden, en de schapen zullen uiteengedreven worden.” 28 Maar nadat ik uit de dood ben opgewekt, zal ik jullie voorgaan naar Galilea.’
Markus impliceert dus duidelijk dat men wel weet had van de verschijningen in Galilea en aan Petrus en de leerlingen. Dat is ook wat je mag verwachten als je kijkt naar de traditie van de verschijningen in 1 Kor. 15 die al langer rondging onder christenen.
Wat mij betreft lijd je al aan een evengrote nonchalance als die bijbelschrijvers dan. Indien mijn ziel en zaligheid afhangt van geloof aan iets wat buitengewoon ongelooflijk is, dan is het eenvoudig onvergeefbaar en onbegrijpelijk dat schrijvers die er een verslag van maakten niet alle feiten op een rijtje zetten, maar het voldoende vonden om uit de voorradige grabbelton van geschiedde verschijningen maar een voorbeeldje zus en een voorbeeldje zo te noemen. Aangezien de schrijvers van de verslagen deze zaak van de opstanding dus al niet erg serieus nemen, kan men moeilijk van mij vragen het wél te doen.KD schreef: Je gaat weer uit van 'of' 'of'. Omdat Matteüs en Lukas alleen verschijningen in respectievelijk Galilea en Jeruzalem laten plaatsvinden spreken ze volgens jou tegen dat er ooit andere verschijningen plaats hebben gevonden. Ze noemen ze niet, dus ze hebben niet plaatsgevonden. Weer een 'argument from silence'.
Zie je dan niet in dat Marcus ze naar Galilea moest sturen omdat hij wellicht schreef voor de geloofssekte aldaar? En omdat hij er al een bijbeltekst voor kon vinden om het geloofwaardig te maken? (hierboven door jezelf aangehaald). En dat de latere Lukas het verhaal in Jeruzalem wilde eindigen omdat hij de kerk in Jeruzalem wilde laten beginnen?KD schreef: De uitspraak van Jezus in Lukas dat de discipelen in Jeruzalem moeten blijven, zou ergens hebben kunnen plaatsvinden gedurende de 40 dagen die Jezus volgens Lukas (Hand. 1:3) na zijn opstanding op aarde was. M.a.w. Jezus zou eerst in Galilea kunnen zijn geweest, een traditie waar Lukas hoogstwaarschijnlijk wel weet van had, en later (wellicht vlak voor zijn hemelvaart) de discipelen hebben opgedragen te wachten in Jeruzalem op 'pinksteren.'
KD schreef:Weer een 'argument from silence'. Paulus noemt ze niet dus hij heeft er geen weet van. Ga je altijd zo kort door de bocht? Misschien formuleerde hij het op deze manier omdat dit de meest 'gewichtige figuren' waren voor de kerk van Corinthe?Rereformed schreef: 5. Paulus geeft in 1 Kor. 15 een opsomming van verschijningen. Deze opsomming wordt door theologen gezien als een bestaande (vaststaande, uit het hoofd geleerde) formule die hij ‘overgeleverd heeft gekregen’. Deze lijst van verschijningen komt op geen enkele manier overeen met die van de evangeliën. Paulus heeft geen weet van vrouwen aan wie Jezus eerst verscheen.
Dat vrouwen eigenlijk de eerste getuigen waren was vermoedelijk een beschamend feit voor de vroege kerk. Het getuigenis van een vrouw was niets waard en vrouwen werden qua religieuze ervaringen ook niet bijster serieus genomen. Bekend is o.a. de passage waarin Celsus het opstandingsgeloof aanvalt omdat het gebaseerd is op een getuigenverslag van 'hysterische vrouwen'. Dat juist vrouwen, en met name een vrouw met een twijfelachtig verleden, de eerste getuige is van het lege graf maakt het onwaarschijnlijk dat het verhaal is verzonnen. Het is een van de beschamende feiten die in de evangeliën zijn opgenomen en die in verzonnen propagandaverhaaltjes vermoedelijk zouden ontbreken. Paulus kan niet veel met de vrouwelijke getuigen en beperkt zich enkel tot de mannelijke getuigen.
Rereformed schreef: Paulus heeft geen weet van Jezus maagdelijke geboorte, zijn vader Jozef, de kerstgeschiedenis, geen weet van Bethlehem, geen Nazareth of Galilea, geen Jeruzalem in verband met Jezus, geen weet van de jonge Jezus in de tempel, de verleiding in de woestijn, geen bruiloft in Kana, geen gesprek met Nicodemus, geen Samaritaanse vrouw, weet niets van de doop van Jezus door Johannes de Doper, heeft weet van geen enkele gelijkenissen (zelfs geen verloren zoon, geen barmhartige samaritaan, zelfs geen goede herder op zoek naar een verdwaald schaapje), van geen enkel wonder van Jezus (zelfs geen Lazarus of genezing van blinden of tweemaal vermenigvuldiging van brood), geen weet van de talloze uitspraken van Jezus (zoals de bergrede of de lange preken van Jezus in het evangelie van Johannes, zelfs geen OnzeVader gebed of een Ik ben uitspraak van Jezus), geen weet van duiveluitbanningen, geen weet van zijn voorspellingen, geen weet van zalving van Maria, van eten met zondaars, tollenaars en omgaan met lichte vrouwen, geen weet van Judas de verrader, geen weet van de zelfmoord van Judas (hij schrijft in 1 Kor. 15 dat Jezus zich aan de 12 liet zien!), geen weet van Herodessen en Pilatus, geen weet van de verheerlijking op de berg, geen weet van de farizeeën als tegenstanders van Jezus (Paulus was trots op zijn Farizeërschap), geen weet van de tempelreiniging, van de intocht in Jeruzalem, van voetwassing, geen weet van Getsemané, van de verloochening van Petrus, en dat de kruisiging in Jeruzalem plaatsvond, geen weet van de naam Golgotha, geen weet van de twee andere gekruisigden, van het graf van Josef van Arimathea, geen weet van leeg graf , geen weet van de opstandingsverhalen in de evangeliën (geen weet van vrouwen die Jezus het eerst zagen, geen weet van Thomas), geen weet van de zendingsopdracht die door Jezus zou zijn uitgesproken, geen weet van Jezus’ uitspraken over het Gehenna (de hel), geen weet van de rede van Jezus over de laatste dingen, geen weet van de hemelvaart.
Kortom hij weet niets over wat de evangeliën ons wijs proberen te maken over de historische Jezus.
Deze redenatie van je gaat niet op. Ten eerste heeft Paulus natuurlijk wel een verhaal gehad. Het verhaal over een mythische Jezus Christus, zoals je dat kan lezen in de brieven. Dit geloof van Paulus heeft helemaal geen evangeliën zoals wij die kennen vanuit de bijbel nodig en staat prima overeind zonder die evangeliën. In elke mysteriereligie is er altijd een mythe en in die van Paulus was er blijkbaar een verhaal met een geboren worden uit een vrouw, met een heilig maal en een uitlevering ’s nachts om gekruisigd te worden. Op dezelfde manier als de mysteriegodsdienst van Mithras of Attis of Osiris een mythe over de goddelijke held had. Paulus merkt er nog bij op dat hij deze informatie direkt via de Heer ontvangen heeft, dus ontvangen in de zin van een openbaring, geheel in de lijn van de verwachting. Elders kun je ook lezen dat hij informatie erover via het OT krijgt.KD schreef:Complimenten voor deze uitvoerige argumentum ex silentio.
Je maakt alleen een grote fout als jij beweert dat omdat Paulus niet over bovenstaande feiten bericht, hij er ook niet van weet. Dat volgt niet. Des te meer omdat hij juist wel laat blijken dat hij andere gegevens over Jezus wel vertelt, waarover later meer.
Zoals eerder vermeld, Paulus schrijft pastorale brieven, geen evangeliën. Hij gaat ervan uit dat de kerken waaraan hij schrijft al weet hebben van de verhalen over Jezus. Realiseer je, het zijn al 'kerken'. Hij schrijft niet aan ongelovigen of mensen die nog nooit van Jezus gehoord hebben. Hij schrijft aan mensen die zichzelf al christen zouden noemen. Waarom zouden zij zich christen noemen? Omdat ze Jezus willen volgen. Waarom willen ze Jezus volgen? Omdat ze onder de indruk zijn van hetgeen ze over Jezus weten. Ze zijn niet christen geworden omdat iemand ooit zei: "Er was ooit ene Jezus maar ik weet er eigenlijk niks vanaf, sorry."
Kortom, de kerken waar Paulus aan schrijft weten wie Jezus is en kennen de verhalen. Ze zouden het gehoord kunnen hebben van de apostelen, andere discipelen, andere ooggetuigen of Paulus zelf.
Je en? Dat is nu juist de kern van zijn mysteriereligie, een gekruisigde messias. Met deze passage aankomen om te laten zien dat het allemaal volkomen normaal is dat Paulus met geen woord hoeft te reppen over de historische Jezus is uiteraard niet erg sterk. Een historische gekruisigde Jezus heeft een 'hoe en waarom' nodig, op z’n minst een gerechtszaak, een Pilatus, een Jeruzalem waar het plaats vindt enz. Deze passage uit de Korintebrief kan beter worden aangehaald door een mythicist, wanneer die betoogt dat Paulus helemaal nooit een historische Jezus preekte, maar een mythische.KD schreef: 1 Korintiërs 2:
1 Broeders en zusters, toen ik bij u kwam om u het geheim van God te verkondigen, beschikte ook ik niet over uitzonderlijke welsprekendheid of wijsheid. 2 Ik had besloten u geen andere kennis te brengen dan die over Jezus Christus – de gekruisigde.
Hier zegt Paulus dat hij de gemeente kennis heeft bijgebracht over Jezus, de gekruisigde.
Nee, uiteraard niet. Handelingen is pas veel later geschreven, toen de evangeliën al geschreven waren, dus toen de passie in Jeruzalem, Johannes de Doper en Pilatus enz. allemaal al keurig op een rijtje stonden. Dat de preken van Paulus dáár mooi op het evangelieverhaal passen is nogal wiedes. Dat was juist de bedoeling van de schrijver van Handelingen: Paulus naadloos aan het opgeschreven evangelie te verbinden. Het evangelie van Marcus (waar de andere evangeliën variaties op zijn) is een literaire creatie waarin de oorspronkelijk mythische Jezus uitgebeeld werd als een historische verschijning.Hoe hij dat wellicht gedaan heeft, kan je zien in Handelingen 13.
Inderdaad waren ze er niet in geïnteresseerd, aangezien er geen historische Jezus aan ze gepredikt was en zoiets ook niet behoorde tot mysteriereligies. Uiteraard niet vanwege ‘dat wisten ze al’, aangezien Paulus er niets over wist te vertellen, en de evangeliën toen niet eens nog bestonden, en ze zich als christenen uitstekend redden zonder evangeliën.KD schreef: Het is wel duidelijk, zijn toehoorders waren niet geïnteresseerd om door middel van Paulus te horen wat Jezus gedaan en gezegd heeft, dat wisten ze al, anders waren ze niet christen.
Zoals ik hierboven al heb laten zien is het uitgesloten dat Paulus niet veelvuldig de woorden van Jezus zou aanhalen wanneer hij ethische adviezen geeft. Dit doet hij echter niet, op enkele uitzonderingen na, wanneer hij een lering van de Heer weergeeft, waarmee hij bedoelt dat hij die hij persoonlijk via openbaring gekregen heeft (1 Thess. 4: 16, 17, 1 Kor. 7:10-11, 9:14)KD schreef: Ze luisterden naar Paulus voor pastoraal, ethisch advies en om een en ander theologisch te duiden. Er is dus geen enkele reden om van Paulus te verwachten dat hij nog een keer het evangelie overschrijft.
Dat je nog een keer, en in een latere reaktie weer een keer deze opmerking moet herhalen, en er zelfs later nog een woordje 'belachelijk' bij gebruikt, is omdat je eigen argumenten niet erg sterk zijn. Dan gaat de betoger altijd over op schreeuwen.KD schreef: De zogenaamde stilte van je argumentum ex silentio valt prima te verklaren, en dat maakt je argument uiterst zwak.
KD schreef: Je wuift alle details die Paulus geeft over de 'mens' Jezus, weg onder het mom van "ja, maar hij noemt heel veel andere dingen niet".
Wat is dat voor logica? En waarom is het mythisch wat Paulus schrijft? Paulus schrijft overduidelijk over een mens van vlees en bloed die op deze aarde heeft gelopen, niet over een mythisch iemand die uitsluitend boven de aarde verbleef.
Helemaal niet. Het dikgedrukte: ‘daalt neer naar de aarde’ is iets wat Ridderbos uit zijn duim zuigt, aangezien Paulus er nergens over spreekt, of anders gezegd, Ridderbos is nooit op het idee gekomen dat het iets anders zou kunnen zijn, hoewel het zeer voor de hand ligt, want ‘om deel te nemen aan de strijd tegen bovenaardse machten’ is juist niet iets wat op aarde plaatsvindt, tenzij je buitengewoon naief bent.KD schreef: However, when Paul writes of Jesus, as the Christ, all such historical and human traits appear to be obscure and Christ appears to have significance only as a transcendent divine being. It is true that he (Jesus) enters the fullness of time and descends to earth to take part in the conflict against superhuman powers, and therefore permits himself to be nailed to the cross, and given over to death, but in all this he remains the pre-existent, eternal Son of God” Ridderbos, Herman. Paul and Jesus: Origin and General Character of Paul’s Preaching of Christ. (blz. 3,4)
Doherty gebruikt het onderstreepte stuk en laat het dikgedrukte stuk weg. Verrassend.
Wel, juist die Christushymnes laten zien dat zijn prediking geen enkele binding heeft met een historische Jezus die op aarde heeft rondgelopen. Dit is juist typisch mythische taal. Jezus wordt bijvoorbeeld ‘een slaaf’ genoemd, maar dat was de historische Jezus helemaal niet. Indien het ook maar iets met de historische Jezus te maken had dan zou Paulus er allerlei uitleggingen en verklaringen bij hebben moeten hebben om geloofwaardig te maken dat hij het echt over dezelfde persoon heeft!KD schreef: Jammer dat Doherty ook dit soort citaten van Ridderbos niet gebruikt:
quote:
“Again and again even in the most exalted Christological statements such as Philippians 2:6-8, Romans 15:3, 2 Corinthians 8:9, Galatians 4:4, there clearly comes to the forefront the historical picture of Jesus in his earthly wanderings and humiliation, a knowledge of the tradition concerning Jesus, appears as one of the essential presuppositions of Paul’s gospel proclamation”
Ten eerste beklemtoont Ridderbos (‘before everything else’) de direkte openbaring die Paulus kreeg. Hij vult dit aan met de traditie van de vroege christelijke kerk, maar dat laatste zuigt hij toch echt uit zijn duim, want daar beroept Paulus zich nooit op. Ook dat hij in overeenkomst is met alle andere apostels is maar wishful thinking. Paulus moet zich juist verdedigen. Wanneer Paulus zegt dat hij het evangelie ontvangen heeft (bijv. Gal 1:11, 12), dan betekent dat niet via de traditie, maar via openbaring, zoals dit vers ook duidelijk zegt. Albert Schweitzer wees er al op dat het werkwoord paralambano (ontvangen) gebruikt werd in de mysteriereligies om daarmee het ontvangen van een openbaring aan te duiden.Ridderbos schreef: “In summary, with respect to the sources of Paul’s preaching of Christ, the direct data of the New Testament points before everything else to the revelation which Paul received from the risen, exalted Christ, and to the tradition received from the early Christian church. This does not deny but rather presupposes that his preaching bears the stamp of his own personality, spiritual gifts, and theological powers. Nevertheless, in spite of all these personal, penetrating, and unique characteristics, and even a one-sided emphasis, Paul is, in the most absolute sense of the word, aware that he is a legitimate proclaimer of the historical Jesus Christ, and that he is in full harmony with his fellow apostles, and is also in a direct continuous relationship with the Old Testament revelation. Moreover, Paul passionately opposes any falsification of the gospel, and appeals to the leading of the Spirit of Christ in support of his conception of the wisdom of God”
Deze redenering heeft weinig om het lijf. Indien er een historische Jezus is geweest dan is het zonder meer ondenkbaar dat er een evangelie van Thomas ontstaat dat daar geen weet van heeft en er geen enkele aandacht aan besteedt. Heb je dat evangelie wel eens gelezen? Je schrijft dat dat evangelie het lijden en opstaan van Jezus bagatelliseert, maar deze zaken komen er helemaal niet in voor!KD schreef: Van de latere gnostiek kunnen we veel leren over de vroegere gnostiek. In de gnostiek speelt de lijdensgeschiedenis en opstanding van Jezus logischerwijs geen grote rol, omdat het lijden en opstaan van Jezus niet binnen hun theologie past. Een verlossing van onze zonde d.m.v. het lijden en opstaan van Jezus is niet nodig, omdat enkel de 'gnosis' ons kan verlossen.
Dat het lijden en opstaan van Jezus gebagatelliseerd wordt in het Evangelie van Thomas is dus precies wat je mag verwachten.
Vanzelfsprekend is dit ‘ontvangen’ van zijn leer (dus via openbatring) wel degelijk hetzelfde als wat zoveel mensen alle eeuwen door hebben beweerd. Jij denkt enkel maar aan het bekeringsvisioen, maar daar heb ik het helemaal niet over. Uit zijn brieven kun je opmaken dat Paulus voortdurend deze communicatie met de Heer had. Zijn evangelie was niet via de overlevering van andere apostels, maar per direkte openbaring van Christus aan hem.KD schreef:Rereformed schreef: Het gaat bij Paulus om visionaire verschijningen, dezelfde soort van verschijningen als die hijzelf heeft ervaren en die hysterische mensen vandaag de dag nog steeds ervaren.
De verschijning bij Paulus is absoluut niet te vergelijken met zomaar een 'visioen' of iets dat veel mensen vandaag de dag ervaren. Toen Paulus Jezus zag vlakbij Damascus werd hij voor 3 dagen verblind, het licht was zo fel dat Paulus' medereizigers het ook zagen.
Bovendien ga je er zonder reden maar van uit dat de andere verschijningen genoemd in 1 Kor. 15 allemaal precies hetzelfde waren als die van Paulus. Wat voor reden heb je daarvoor? Paulus was in dit credo de laatste aan wie Jezus verscheen. Dat deze verschijning anders is geweest is vanuit christelijk perspectief te verwachten, aangezien Paulus Jezus pas ontmoet ruim na de '40 dagen' die Jezus nog na de opstanding op aarde zou hebben geleefd. Paulus ontmoette dus de hemelse (Hemelvaart is al geweest) Jezus terwijl de apostelen, discipelen, etc. de aardse, opgestane Jezus ontmoetten.
Het lijkt eerder waarschijnlijk dat deze verschijningen in 1 Kor. 15 corresponderen met wat er in de evangeliën staat. Zoals Lukas (of welke schrijver jij wenst) bijvoorbeeld in Handelingen schrijft over de bijzondere verschijningen van Jezus aan Paulus maar deze duidelijk anders typeert dan de verschijningen van Jezus aan de apostelen en discipelen in het evangelie van Lukas.
Kun je even de naam van het boek van Maes erbij vermelden?PietV. schreef:...een minder bekende auteur Ernest Maes. Die in staat is om de theologie om te zetten in nuchtere analyses.
Ik heb het later toegevoegd. Dus er mankeert niets aan de ogen van RerefFjedka schreef:Steenrots of drijfzand. (Beter lezen Reref.)
In het oudste evangelie, dat van Marcus, is van wat Hanss zo mooi vindt niets te merken, maar sterft Jezus juist in vertwijfeling en verliest hij zijn geloof en is er dus sprake van exact het tegenovergestelde van dat alles volgens plan verliep:
"Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?", waren zijn laatste woorden, waarop hij als troost nog met een spons wat zure wijn in z'n mond geduwd krijgt, waarna hij een luide kreet slaakt van pijn en sterft.
Hi Aton, welkom op dit forum.aton schreef:Rereformed:In het oudste evangelie, dat van Marcus, is van wat Hanss zo mooi vindt niets te merken, maar sterft Jezus juist in vertwijfeling en verliest hij zijn geloof en is er dus sprake van exact het tegenovergestelde van dat alles volgens plan verliep:
"Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?", waren zijn laatste woorden, waarop hij als troost nog met een spons wat zure wijn in z'n mond geduwd krijgt, waarna hij een luide kreet slaakt van pijn en sterft.
Ik ben hier nieuw op het forum en heb nog niet alles doorgenomen wat hier al geschreven is. Er zitten wel juweeltjes tussen. Mijn excuses als ik al eens iets schrijf wat er vroeger reeds geschreven is.
Tja, Albert Schweitzer schreef ooit een boek waarin hij alle reconstructies van de echte Jezus bij langs ging, en concludeerde eruit dat je er van alles kan van maken en iedere Jezus een kind van zijn tijd is. Hij was zelf van mening dat het evangelie is ontstaan als apocalyptische beweging, en dat lijkt mij ook het meest waarschijnlijke, en daar kom je met die reconstructie van jou ook op uit.Als er al een historische figuur Jezus ( Yeshua ben Jehosef ) bestaan heeft, was dit volgens mij een fanatiek gelovige jood die de oorspronkelijke Wet van Mozes ( de versie van vóór Josia ) naleefde, Hebreeuws of/en Aramees sprak en uiteraard ook het Grieks verstond. Nu kunnen we ons afvragen wat al dan niet zijn laatste woorden geweest zijn. Als hij al iets kón gezegd hebben was dit, 1-vermoedelijk in zijn moedertaal en 2- hij de helleens cultuur vervloekte. Ik denk dat de auteurs van de evangelies hem wat hebben laten zeggen, gezien het zeer onwaarschijnlijk is voor een gekruisigde dat die überhaubt nog iets kón zeggen.
De vraag is dan: wat wilde deze auteurs hier duidelijk maken. ( in elk geval zijn het stuk voor stuk citaten uit de septuagint ). Nu was er ooit een profeet ( naam ontgaat me even ) die na Josia orakelde dat de joden hun onafhankelijkheid zouden herwinnen als vroom de Wet zouden volgen. Er zou dan een telg uit het geslacht David opstaan en de nieuwe messias ( gezalfde koning der joden ) worden. JHWH zou beloofd hebben deze nieuwe koning bij te staan door een leger van engelen met vlammende zwaarden te sturen. Met dit als extra Joker in zijn achterhoofd is ie aan zijn ' intrede ' begonnen. Resultaat kennen we : Geen engelen, geen overwinning. En hij had er zo in geloofd en hij had er zo op gerekend ... niet dus. God had hem verlaten ondanks het feit dat hij zijn geest ( geloof ) in God gegeven had.
Kan je iets doen met deze versie ?
Niet van dit boek, maar van de neter van Ptah die het scheppend vermogen vertegenwoordigt.PS
Aangezien je de naam Aton draagt, ben je bekend met het boek Sinuhe van Mika Waltari?