enBonjour schreef:De golffunctie geeft de kans aan waar in de ruimte het deeltje zich bevindt. Het deeltje bestaat dus al, maar zolang we alleen de golffunctie weten, weten we niet waar.
Jullie zeggen hier dat het deeltje al bestaat als deeltje daarbuiten, maar dat het onze onwetendheid is over waar het is dat de probabilistische kans uitmaakt. Het deeltje is daar al als deeltje. Het is slechts onze onwetendheid.Mullog schreef:Het inéénklappen van de golffunctie is niet de creatie van het deeltje maar het meten (of vinden) van het deeltje op een plek waarvan de kans dat je het daar vindt is beschreven door de 'probabilistische kans'.
Als het elektron echt al op één specifieke plek is, en wij het alleen niet weten, dan zou het bij het dubbele-spleetexperiment maar door één spleet gaan, toch?
Dan zouden we geen interferentiepatroon zien op het scherm erachter.
Toch zien we wel interferentie 'daarbuiten', zolang we niet meten.
Dat betekent dat het elektron niet gewoon een deeltje is dat ergens was en we dat niet wisten en dat we een gok moeten wagen over de probabilistische kans waar het zich werkelijk al bevindt en het enkel onze onwetendheid is over waar het zich bevindt, dat de golffunctie bepaalt.
Het gedraagt zich daadwerkelijk 'daarbuiten' als een waarschijnlijkheidsgolf die door beide spleten tegelijk gaat.
Pas als we gaan meten, met een detector in één van de spleten, moeten we kiezen: ofwel 'hier', ofwel 'daar'. Dan verdwijnt het interferentiepatroon 'daarbuten' en 'ontstaat het fysieke deeltje als deeltje en verdwijnt het golfkarakter'.
Dus de golffunctie is niet gewoon onze onwetendheid over iets dat al bestaat, ze is echt een beschrijving van iets dat zelfs 'daarbuiten' nog niet vastligt.
Wat Bonjour zei is alsof hij eerst zegt dat de elektron zich gewoon ergens bevindt maar wij dat niet weten en daar een kansberekening op loslaten in ons hoofd, en dan plots doet alsof het zich 'daarbuiten' daadwerkelijk als een golf door beide spleten tegelijk verspreidt. Maar die twee zaken kunnen niet tegelijk waar zijn.
Als het deeltje al een vaste plaats had vóór de meting, dan zou het gedrag bij interferentie heel anders zijn