fbs33 schreef:Beste Kevin,
Een atheistisch humanistische vorm van preken is, wat de atheistische kan betreft (denk ik) snel voorbij. Het wordt dan zoiets als, "Gemeente leden, omdat we weten dat god niet bestaat, gaan we ons nu bezig houden met het nieuwe humanisme dat zo hier een daar, gedwongen door ons eigen gezonde verstand, zo hier en daar van nieuwe kanttekeningen moet worden voorzien om..............enz"!
En omdat ik vandaag de dominee ben, begin ik met, "Zoals we allemaal weten, wordt het milieu ernstig onder druk gezet door de steeds maar aanzwellende hoeveelheid soortgenoten op deze aardkloot"! Ik negeer het aanzwellende geroezemoes onder de gemeenteleden en berijd mijn stokpaard verder met "Het is dus noodzakelijk en onafwendbaar dat er per gezin slechts één of twee kinderen geb....... (nou moet ik bukken om onder dekking v.d. kansel de trap zo goed mogelijk te benaderen om die af te dalen en zo snel mogelijk het vege lijf te redden de kerk uit.
Zeker is (in mijn ogen) dat er al veel te veel mensen op aarde zijn, maar velen daarvan willen niet dat ik mij met hun (als privé beschouwde) gezinsituatie bemoei.
M.a.w. "Welk algemeen aanvaard ethisch beginsel komt er in de wet te staan?
Hoe wil ik die wet handhaven? Iedere tegenstander overtuigen dat hij/zij hun oerinstincten onder de mat moeten schuiven, of..........? (of mij overtuigen dat..?)
En zo zijn er duizend en één zaken waar herbeschouwd moet worden omdat ooit traditie en god de richtlijnen aangaven, en die zijn, zo zegt de atheist, door mensen bedacht en uitgevonden in de grijze oudheid! (empirisch ervaren in duizenden jaren schaven van menselijke individuen aan elkaar)!
In een herbeschouwing, duizenden jaren later, zo hier en daar na weging te licht bevonden, betekent het óók hernieuwd schaafwerk ( het leidde o.a. naar een vlucht de kerk uit van mij!)
Kortom, .........het leidende 'godbestaatniet'-beginsel leidt naar een vrijheid die in chaos eindigt. Want een erkend 'niets is niet in staat om een geloofd symbool met wetten, te vervangen op een menselijke manier, is mijn indruk.
Hoe eens is men op dit forum over van alles en nog wat (behalve dat god niet bestaat)?
Ik meen uit bovenstaand verhaal dit te kunnen opmaken:
-In jouw eigen denken leidde die vrijheid helemaal niet naar een chaos, maar automatisch en direct naar het zoeken van
rationele antwoorden op grote problemen waar de mensheid voor staat.
Ik durf te stellen dat hetzelfde bij de overgrote meerderheid gebeurt.
-Jouw oplossing voor één van de allergrootste problemen is een goede oplossing, maar je ziet er tegenop een kansel op te gaan en op te boksen tegen mensen die geen verantwoordelijkheidsgevoel hebben of er een andere mening op nahouden en je bekogelen met tomaten.
Ik stel dat men dan karakter moet ontwikkelen en moet leren tegenwind te incasseren, en geconfronteerd met apathie of tegenwerking des te meer in de aanval dient te gaan. Men moet dus leren om de beschuldiging van arrogantie te incasseren. Men moet ook zoeken naar wegen om daadwerkelijk goede gedachten/plannen te kunnen implementeren in de wereld. En dit alles niet om je gelijk te behalen, maar eenvoudig omdat rationeel denken laat zien dat het alternatief, alles op zijn beloop te laten en doen uitmonden in chaos en catastrofen, veel onaantrekkelijker zal zijn.
Ik stel dat het vele mensen ontbreekt aan deze moed.
-De humanistische preek waarmee je begint klinkt alsof het een kleine verandering is op de oude christelijke boodschap. Zo is het veelal gedaan in de afgelopen eeuw. Maar in deze eeuw valt er niets meer te schaven, maar moet men leren inzien dat er
niets van het oude denken meer overeind staat, en rationeel denken in alles het tegenovergestelde is van het oude religieuze denken. De moderne mens staat op een volledig nieuwe bodem van het bestaan en moet daarom met volledig nieuw denken beginnen. Wat de moderne mens nodig heeft is een
visie.
Ik kom weer eens terug op Nietzsche, de eerste mens die dit alles zag en ons een buitengewoon inspirerend voorzetje heeft gegeven van nieuw denken:
"Toen ik me de eerste maal onder de mensen begaf, beging ik de dwaasheid van alle wereldvreemden, de grote dwaasheid: ik ging staan preken op de markt. En toen ik iedereen probeerde te bereiken, sprak ik niemand aan. Aan het eind van de dag was ik een nar en haast een lijk.
Maar bij de volgende morgen gewerd mij een nieuwe waarheid: ik leerde spreken 'Wat gaat mij de markt en het kabaal aan en de domheid van de massa!'
O, hogere mensen, leer dit van mij: op de markt gelooft niemand aan hogere mensen. Wanneer je daar je mond opendoet en iets hogers wil bereiken, lachen ze om je en zeggen ze: 'Wij zijn allen eender, wie denk je wel dat je bent!' 'Arrogante kwast', zo zegt het grauw, 'er zijn helemaal geen hogere mensen, wij zijn allen eender, mens is mens, voor God zijn alle mensen eender!'
Inderdaad, voor God! - Maar nu is deze god gestorven. En voor het grauw in de wereld zal ik nooit eender willen zijn. Doe als ik, verlaat de markt!
Voor God! - Maar nu is deze god dood. O hogere mensen, in die god school juist het grootste gevaar voor de mensheid. Pas nu hij in zijn graf ligt is de mens herrezen. Eerst nu breekt voor de mensheid de dag aan, eerst nu wordt de mens pas heer en meester.
Hebben jullie, moderne mensen, wel begrepen hoe alles anders is? Je begrijpt het pas wanneer het je gaat duizelen, wanneer je de afgrond voor je ziet, wanneer je merkt dat er nu een geopende muil van een helhond tegenover je staat. Besef dat de mensheid nu in barensnood is, de toekomst van de mensheid staat op het spel. En nu God is gestorven is er maar één alternatief: nu willen
wij, - dat de Bovenmens eens zal leven!
De religieuzen zitten maar met één gedachte in hun hoofd: hoe blijft de mens behouden? Maar ik vroeg als eerste: Hoe wordt de erbarmelijke mens
overwonnen? De Bovenmens, de toekomst, gaat mij aan het hart,
hij is mijn eerste en enige, en
niet de mens,
niet de naaste,
niet de armste,
niet de ergste lijder,
niet de beste mens van nu.
Dat mensen het huidige menszijn verachten is mijn grootste hoop. Slechts de grote verachters zijn diep religieuzen. Die mens is te prijzen die liever wanhoopt dan zich overgeeft aan de religie die preekt 'Hoe blijft de mens het best, het langst, het aangenaamst behouden'. Overwint alle religie, in de aanhangers ervan schuilt het grootste gevaar voor de Bovenmens. Wanhoopt liever dan je over te geven. Ik heb de moderne mens lief, de mens die in de tegenwoordige wereld niet weet te leven, maar zich niet overgeeft aan de verdoving van de religie.
Wat de hogere mens nodig heeft is moed die tot het uiterste gaat. Niet moed die geniet van het handengeklap van de toeschouwers, maar de moed van kluizenaars en adelaars, waarop zelfs geen god zijn oog rust. Geen moed van een koude ziel of een dronkenman, geen moed van een blinde of een slaaf, maar moed van iemand die alles afweet van vrees, maar desalniettemin zijn vrees
dwingt. Moed van de mens die de afgrond voor zich ziet, maar er met
trots inkijkt, met adelaarsogen, en met adelaarsklauwen de afgrond
grijpt.
'De mens is slecht', zeggen de religieuzen. Ach, was het maar waar, want slechts slechtheid kan het beste in de Bovenmens uit de mens tevoorschijn toveren.
Op wat ver is richt zich mijn zin en verlangen, wat gaat mij nog de slechtheid van de mens aan, al dat kleine, vele, korte religieuze gejammer en geklaag. Al die mensen die zeggen dat de mens slecht is lijden in het geheel niet aan de mens. Ze zijn er maar wat tevreden mee, ze willen voor dat menszijn zelfs verlossing en eeuwigheid. Niemand van hen lijdt aan de mens, ze lijden slechts aan zichzelf.
Tot nu toe heeft niemand geleden aan waar ik aan lijd:
de mens.
En het is mij niet genoeg om de bliksem af te leiden zodat het geen schade meer aanricht. Ik wil de bliksem voor mij leren
werken." (uit
Aldus sprak Zarathoestra)