siger schreef:Zonder onbaatzuchtigheid zou de mensheid, samen met andere meercelligen, verdwijnen. Zoals cellen in een lichaam, rekenen mensen op elkaar, meestal onbewust, om te kunnen voortbestaan. Kortzichtig egoisme is voor een samenleving wat lepra is voor het lichaam: delen worden gevoelloos, sterven af en gaan verloren, en op de duur vergaat het hele wezen.
Ik denk dat je altruïsme en onbaatzuchtigheid nu door elkaar haalt.
En wat is "kortzichtig egoïsme"?
In de tweede zin haal je in feite de stelling van je eerste zin alweer onderuit, want inderdaad: mensen rekenen op elkaar om te overleven, dus is er per definitie al geen sprake meer van onbaatzuchtigheid als onbewust gegeven.
Een onbaatzuchtige daad is een daad die niet door eigenbelang bepaald is. Dat zelfmoord bestaat, en dat soldaten hun leven riskeren, zijn niet de mooiste voorbeelden, maar ze tonen wel onweerlegbaar aan dat onbaatzuchtige daden bestaan.
Zelfmoord onbaatzuchtig?
Heb je je soms laten overtuigen door iemand die depressief was, en je vertelde dat de wereld beter af was zonder hem/haar?
Zelfmoord is nutteloos, en niet onbaatzuchtig.
Een dode kan geen baat hebben, maar zolang de persoon nog leeft kan deze wel een baat ervaren bij de dood.
Het achteraf-argument gaat dus niet op.
Ik ga er gemakshalve overigens maar vanuit dat je mbt de soldaten opoffering bedoelt.
Echter, ook daarbij worden vrouw, kind en andere familie beschermd tegen een of ander kwaad.
Er is echter verschil tussen zinloze en zinvolle onbaatzuchtigheid. Zinloze onbaatzuchtigheid (zoals russische roulette, of stomdronken tegen een boom rijden) wordt door de samenleving afgekeurd. "Zinvolle onbaatzuchtigheid" wekt echter eerbied en bewondering. Een kapitein die als laatste het zinkend schip verlaat, wekt het vertrouwen van bemanningen, passagiers en investeerders.
"Zinvolle onbaatzuchtigheid" zorgt voor wederdiensten.
Je moest trouwens eens weten hoe weinig kapiteins er in de praktijk als laatste van boord gaan.
Er zijn er niet veel zo gek om willens en wetens met schip en al ten onder te gaan.
Wat heb je ook aan vertrouwen in je persoon wanneer de techniek het zo catastrofaal laat afweten?
Overigens noem ik je "zinloze onbaatzuchtigheid" liever onbenulligheid, of gladiatorengedrag.
Ook geen onbekende in het dierenrijk.
De meeste mensen zullen een bejaarde of misschien zelfs een hond trachten te redden voor een aanrijdende wagen, ook als er geen getuigen in de omtrek zijn.
Ook als er geen getuigen in de omtrek zijn....
Een hond heeft een eigenaar, en een bejaarde wellicht een dankbare familie.
Hoe is dit in tegenspraak met wederzijdse belangen?
De zin van onbaatzuchtigheid ligt in de voldoening een ander voor ongeluk te behoeden, maar ook in de voldoening te weten dat mensen, in het algemeen, anderen voor ongeluk willen behoeden. Dat is geen uitgesteld egoisme, want de bejaarde of de hond zullen vermoedelijk nooit wat terug doen. Het schokt ons als iemand onder een trein springt, en we vinden het goed als iemand een blinde helpt oversteken, omdat het beide signalen zijn over de wereld waarin wij met onze dierbaren leven. Zoiets een individuele beloning noemen is vergezocht en onjuist.
Dit geldt ook voor de bloed opgevende vleermuis die een soortgenoot helpt.
Misschien krijgt deze wel nooit iets terug van datzelfde individu.
Maar dan zijn er wel weer andere soortgenoten die dat doen.
Het gevoel van geschoktheid doet niets af aan de onderliggende mechanismen.
Ik zie twee redenen waarom moderne mensen zo achterdochtig zijn tegenover onbaatzuchtigheid. In onze tijd moet georganiseerde religie gestaag plaats ruimen voor meer redelijke wereldbeelden. Maar sommige ongelovigen zijn net niet ongelovig genoeg: ze geloven nog steeds dat godsdienst, en niet de menselijke samenleving, de hoeders van de moraal zijn. Dus beschouwen ze onbaatzuchtigheid als een fabeltje in de trant van goden en hellevuur. Maar onbaatzuchtigheid is ouder dan goden. Zoals het hele sociale proces en de moraal werd ook zelfzuchtigheid gekaapt en misbruikt door religieuze instellingen. Het zou een grote vergissing zijn onbaatzuchtigheid weg te werpen met het religieuze badwater.
Dit slaat alles.
Zijn het doorgaans niet juist gelovigen die claimen anderen onbaatzuchtig te helpen?
Hun pogingen tot het bekeren van hen die geholpen worden, laten ze daarbij maar buiten beschouwing.
Ik ben atheïst, heb niets met de geloofsmoraal, en zie de ruilhandel tussen mensen als iets dat men vaak juist als "goed" ervaart.
Altruïsme met een belang stinkt niet, want we ervaren het als prettig.
Jij bent degene die een gebrek ziet in de afwezigheid van onbaatzuchtigheid.
Niet ik.
Wie is de gelovige eigenlijk?
Vervolgens is er een wijdverbreid misverstand rond de genetica. Genen zijn chemische formules, delen van molecules, die chemische reacties kunnen aangaan. Die genen die reacties aangaan waardoor ze (copieën van) zichzelf bestendigen zullen, vanzelfsprekend, meer voorkomen. Gedurende de laatste decennia hebben genetici hun ontdekkingen dikwijls uitgelegd met behulp van menselijke karaktertrekken, maar dat is pure beeldspraak, enkel metaforisch. Genen hebben een objectief eigenbelang, maar zijn niet in staat tot snode plannen, tot egoisme, tot onbaatzuchtigheid of tot welk sentiment of streven ook. Het zijn geen kleine mensjes, en, nog belangrijker, wij mensen zijn geen wandelende genen.
We zijn evenzeer het produkt van de natuur als alle andere levensvormen.
We hebben objectieve gedragingen die in strijd zijn met onze denkbeelden.
Vooral omdat we niet alle implicatie's kunnen overzien van wat we doen.
In die zin zijn we weldegelijk een driftend fenomeen.
Meer dan je zou willen.
Iedereen denkt te weten wat "goed" is, maar alles wat lang genoeg duurt wordt op enig moment "slecht".
We botsen als genen tegen grenzen op, in ons DNA, en in onze memen.
Ja, wij hebben weldegelijk héél veel gemeen met genen, maar we beseffen het niet.
Dat is ons geluk, en tegelijk ons grootste probleem.
Memen muteren onder druk van kortetermijnbelangen, helpen bij onze uitbreiding, terwijl die eeuwige uitbreiding moreel gezien eigenlijk juist contraproduktief is.
Dit geldt overigens ook voor paal en perk stellen aan die uitbreiding.
Wie kan er immers met droge ogen bepalen wie er kinderen mag krijgen en wie niet?
We zijn geëvolueerd richting het meehelpen in de produktie en het behoud.
En zo drijven we objectief gezien stuurloos op welk lot dan ook af.
Net als bij genen, is het vaak de wal die het schip keert.
Een mooi voorbeeld hiervan is het baanbrekende
“Onze Zelfzuchtige Genen” van Richard Dawkins. Het boek werd een sukses onder leken en academici, en naar het schijnt heeft het een hele generatie biologen geinspireerd en gemotiveerd. Maar in
“The God Delusion” (p.246) benadrukt Dawkins dat het boek wel degelijk over génen ging, en niet over mensen. Hij noemt het een verontrustend misverstand dat goedheid in strijd zou zijn met de theorie van het zelfzuchtige gen, en in een voetnoot voegt hij er aan toe
"Ik was gekwetst toen ik in The Guardian las dat “The Selfish Gene” het favoriete boek is van Jeff Skilling, de CEO van de schandelijke Enron Corporation, en dat hij inspiratie haalde uit het Sociaal-Darwinistische karakter ervan."
Maar "goedheid" is vaak juist datgene dat we als altruïsme beschouwen.
Goedheid is geen objectief feit, maar een beleving die helpt bij instandhouding en uitbreiding.
niet meer en niet minder.
Pfew, dat was een lange.
