Hanss schreef:
Devious:En een stap verder en men komt tot uitroeiingsplannen voor mensen zoals ik.
"Je noemt dictatoriale regimes, waar het Stalinisme een voorbeeld van is. Despoten en dictatoriale staten onderdrukken iedereen die anders denkt dan hen - moslims, christenen, Jehova's getuigen, aanhangers van traditioneel sjamanisme (Stalin maakte hierin geen onderscheid) - maar degenen die diep intens gehaat worden door deze duistere lieden zijn de pleitbezorgers van de redelijkheid; rebelse dwarsliggers die weigeren te buigen voor de autoriteit van de onderdrukker - de koning, de generaal, de kardinaal. Het enige waar zij voor willen buigen is voor redelijkheid en voor rationele argumenten.
De reden waarom zij zo gehaat worden is omdat zij een rationelere kijk hebben (althans, dat zou zo horen te zijn) op de wereld en alles wat daarin gebeurt. Sektariërs, fundamentalistische- of orthodoxe gelovigen en aanhangers van dogmatische, sterk gestructureerde politieke stromingen bekijken de wereld door een kokertje. Hun blikveld wordt belemmerd door bijgeloof, vooroordelen en een centrische denkwijze; moslims denken Islamocentrisch, orthodoxe joden Judeocentrisch, en christelijke gelovigen denken christianocentrisch; allen denken zij dat zij de enigen zijn die worden vervolgd, onderdrukt en gehaat door alle anderen. Ze zien niet het lijden van de heidenen of de kuffars, en indien zij deze wel zien lijden dan zien zij dit als een straf van de 'ware' god, de invloed van boze geesten, óf in het minst onsympathieke geval verklaren zij dit lijden door het gemis van de 'ware' god.
Nuchtere, rationeel denkenden zien het lijden van allen onder de onderdrukker, en indien zij menslievend zijn zullen zij zich verzetten tegen dit onrecht. Zij zullen niet alleen pleiten voor de vrijheid van hun vrijdenkende geestverwanten, maar ook voor dat van al die sektariërs.
Een voorbeeld van dit kokervisionisme kunnen we vinden in de jaren dertig. Vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte verzette zich in die tijd tegen de jodenhaat en het fascisme, maar was ook zeer uitgesproken in haar kritiek op de godsdienst. Door hun vertroebelde blik op de werkelijkheid zag de christelijke politiek niet het werkelijke gevaar en heulde met de duisternis. Met steun van de gelovigen kreeg de NSB genoeg stemmen om de vereniging en het tijdschrift 'De Vrijdenker'te verbieden. Toen de oorlog uitbrak moest men onderduiken of men kwam, zoals veel vrijdenkers is overkomen, in de concentratiekampen terecht. Veel christelijke bewegingen in die tijd vonden een klein groepje godslasteraars een belangrijker gevaar dan de opkomst van het fascisme en de daaruit voortvloeiende vervolging van joden, vrijmetselaars, homoseksuelen, atheïsten, jehova's getuigen, et cetera, terwijl het enige 'gevaar' van deze godslasteraars lag in de kracht van hun woorden; de macht van nuchterheid en ratio, die de wankele constructie waaruit het godsdienstige geloof is opgebouwd deed schudden op haar grondvesten.
Wees daarom niet langer bang, lieve gelovige. Wees niet bang, want wij gunnen u uw vrijheid om uw boeken uit te geven, te bidden, gebedshuizen te bouwen, het lichaam en bloed van Heer Jezus te consumeren en uw vrijheid om openlijk uit te komen voor uw geloof in het bestaan van boze geesten, sprekende slangen, duivels en uw boze toornige god.
Ik hoop dat u anderen echter ook hún vrijheid gunt; de vrijheid om bijvoorbeeld vleselijke gemeenschap (wat klinkt dat prachtig, die oudtestamentische taal) te hebben met iemand van hetzelfde geslacht, beeldmateriaal te kopen en verkopen met copulerende mensen, de vrijheid om te sterven wanneer men het leven niet meer draaglijk vind, en de vrijheid (die volkomen evenredig is aan die van uzelf) om het geloof in Baäl, Allah, Satan, Poseidon of om het even welke rariteit, te prediken.
Ikzelf zou daarentegen de vrijheid willen hebben, niet om in al die malligheden te geloven, maar om zo nu en dan grapjes te maken over de god waar ik vroeger in geloofde, en al die andere goden waaronder die van u. Ik wens u niet gekruisigd te zien, in de goelags, kerkers of folterkamers te zien verrekken of uw kerken te zien branden door toedoen van zo'n humorloze despoot. Ik wens slechts grapjes te maken over uw zotte preken, uw fabelboek vol mirakels, vreemde wezens en rare kwibussen en de Über-kwibus uit die fabelreeks; die door u aanbeden, licht ontvlambare drama queen op de gouden troon, want het is allemaal zo'n onvoorstelbare lariekoek. Nadat ik mijn grapjes hebt gemaakt, dan mag u mij, zoals u gewend bent te doen, vertellen over de eeuwige straf die mij wacht, maar daarna stel ik voor dat we samen lekker bier gaan drinken, want bier brouwen dat kunnen christenen als geen ander moet ik ruiterlijk bekennen.
Een vriendelijke groet"