Maria schreef: ↑28 jul 2016 23:22
"Toen zei de HERE God tegen de slang: 'Ik zal je hiervoor straffen. Je zult vervloekt zijn onder alle dieren op aarde, je hele verdere leven zul je op je buik door het stof kruipen.'" (Genesis 3:14)
Deze tekst uit de bijbel kunnen we het beste vanuit de bijbel zelf verklaren en achterhalen welk dier de slang in de tuin van Eden was.
De slang werd bestraft voor zijn werk in de tuin van Eden waarvan jij verslag doet. De slang wordt verbonden aan de satan, zie Openbaring 12:9: "En de grote draak werd neergeworpen, namelijk de oude slang, die duivel en satan genoemd wordt, die de hele wereld misleidt. Hij werd neergeworpen op de aarde en zijn engelen werden met hem neergeworpen."
Ook wordt de slang uitgelegd als zijnde de Leviathan, zie Jesaja 27:1: "Op die dag zal de HEERE vergelding doen met Zijn hard, groot en sterk zwaard aan de Leviathan, de snelle slang, ja, de Leviathan, de kronkelende slang; Hij zal het monster dat in de zee is, doden."
De Leviathan wordt op zijn beurt beschreven in Job, dit is nogal een uitgebreidde beschrijving waarvan men kan constateren dat zij overeen stemt met een dinosauriër waarvan gezegd wordt dat het geen gelijke had. Dat komt neer op een T. Rex klasse dino.
Hierbij de beschrijving, Job 40;20-41;25:
"Kunt u de Leviathan met een vishaak trekken, of zijn tong met een touw neerdrukken?
Kunt u een riet door zijn neus steken, of met een doorn zijn kaak doorboren? Zal hij u talrijke smeekbeden doen? Zal hij zachte dingen tegen u spreken?
Zal hij een verbond met u sluiten? Kunt u hem aannemen als een eeuwige slaaf? Kunt u met hem spelen als met een vogeltje? Of hem vastbinden voor uw meisjes?
Kunnen de handelaars hem verkopen? Kunnen zij hem verdelen onder de kooplieden?
Kunt u zijn huid volsteken met speren, of zijn kop met een visharpoen?
Leg uw hand maar eens op hem; denk aan de strijd, doe het niet meer. neergeworpen.
Niemand is zo onverschrokken dat hij hem wakker maakt; wie is dan degene die staande kan blijven voor Mijn aangezicht?
Wie treedt Mij tegemoet, zodat Ik het hem zou vergelden? Wat onder heel de hemel is, is van Mij.
Ik zal niet zwijgen over zijn ledematen, over zijn geweldige kracht, en over de fraaiheid van zijn gestalte.
Wie zou de bovenkant van zijn gewaad durven opslaan? Wie durft zijn dubbele pantser te benaderen?
Wie kan de deuren van zijn gezicht openen? Rondom zijn tanden is verschrikking.
Zeer machtig zijn zijn sterke schilden, elk gesloten als met een nauwsluitend zegel.
Het ene zit zo dicht op het andere, dat de wind er niet tussen kan komen.
Zij kleven aan elkaar, zij grijpen in elkaar en kunnen niet gescheiden worden.
Zijn niesen laat een licht schijnen, en zijn ogen zijn als de oogleden van de dageraad.
Uit zijn bek komen fakkels, vurige vonken ontsnappen eruit. Uit zijn neusgaten komt rook, zoals bij een kokende ketel en een smeulend riet.
Zijn adem zet kolen in brand, uit zijn bek komt een vlam.
De stukken van zijn vlees kleven samen; het is aan hem vastgegoten, onbeweeglijk.
Zijn hart is hard als een steen, ja, hard als de onderste molensteen.
Als hij zich verheft, zijn de sterken bevreesd; als hij doorbreekt, raken zij buiten zichzelf.
Treft iemand hem met het zwaard, dat houdt geen stand; geen speer, lans of pijl.
Hij beschouwt ijzer als stro, en brons als verrot hout.
Een pijl jaagt hem niet op de vlucht; slingerstenen worden voor hem veranderd in stoppels.
Knuppels worden door hem beschouwd als stoppels, hij lacht om het trillen van de werpspies.
Onder hem zijn scherpe scherven; hij spreidt zich als een dorsslede uit op de modder.
Hij laat de diepte koken als een pot; hij maakt de zee als een ziedende mengketel.
Achter zich verlicht hij het pad; men houdt de watervloed voor zilverwit haar.
Op de aarde is niets met hem te vergelijken, die gemaakt is om zonder angst te zijn.
Hij kijkt neer op alles wat hoog is, hij is koning over alle trotse jonge dieren.
Behalve dat dit een beeld is van de satan is het een beeld van een leindggevende, een koning die leiding geeft. Het gaat dus niet alleen om de satan maar ook om het volk Israël waarvan geschreven staat dat zij het hoofd der natiën is en daarboven het beeld van Jezus die als leidinggevende onverslaanbaar was. Zijn intelligentie was buitengewoon en zijn vermogen om te doorzien was fenomenaal. Geen enkele Farizeeër of schriftgellerde kon hem vangen in een list om hem te bedriegen en niemand was in staat zijn schuld te bewijzen en werd hij veroordeelt voor de waarheid. Dat kwam omdat hij de messias was en de zoon van God uit de hemel gezonden. Daarom was hij sterker dan de mens en leed om de zonden te vergeven. Niemand kon hem aan en mede daarom is de tekst op hem van toepassing. Tot op de dag van vandaag leert hij door zijn discipelen heen die hij macht heeft gegeven op slangen en adders te treden alsof het stenen zijn.