axxyanus schreef: ↑26 nov 2022 17:31
Amerauder schreef: ↑24 nov 2022 17:56
Dit is een moeilijk te bevatten punt, dus schrik niet als je er in eerste instantie weinig van kunt maken, maar het fenomeen fantoompijn bewijst nu juist dat het schijnbaar afwezige lichaamsdeel nog steeds aanwezig is. De ervaring is de primaire werkelijkheid.
Neen, dat bewijst dat niet. De pijn is slechts de pijn, het idee dat de pijn, pijn is in het verdwenen lichaamsdeel is een interpretatie. Dat is een van de belangrijkste problemen die ik heb met mensen die de werkelijkheid reduceren tot de ervaring. Maar al te vaak rekenen ze een aantal interpretaties ook tot de ervaring.
Al wat we maar onder woorden kunnen brengen, is juist daardoor interpretatie.
Benoemen, en daarmee het bestaan zelf, is interpretatie.
Lao Zi schreef:
Hemel en Aarde zijn naamloos geboren;
noemen is enkel de moeder der dingen.
We kunnen de wereld opdelen in twee groepen: De benoembare dingen aan de ene kant, en die zijn dus per definitie interpretatie, want benoemen is interpreteren, en naamloze Chaos aan de andere. Over dat laatste valt dus ook niets te zeggen, want zodra je dat doet is het geen naamloze Chaos meer, maar tot menselijk begrip gereduceerde orde.
axxyanus schreef: ↑26 nov 2022 17:31
Amerauder schreef: ↑24 nov 2022 17:56axxyanus schreef: ↑23 nov 2022 09:18
Kleuren zijn niet echt maar hoe wij de zaken ervaren. Die ervaring is een constructie van de hersenen.
Hoe wij de zaken ervaren – dat is alles wat er is. Dat er hersenen in onze schedel zouden zitten die door middel van elektronische signalen deze ervaringen zouden opwekken: dat is theorie, en altijd van een tweede orde, altijd ondergeschikt aan de ervaringen zelf die ons eigenlijke beeld van de werkelijkheid verschaffen.
Welke werkelijkheid? Als onze ervaring, alles is wat er is, dan is er geen werkelijkheid om ons een beeld van te verschaffen.
Bewustzijn is altijd bewustzijn
ergens van.
Er is dus sprake van een relatie tussen de waarnemer en het waargenomene.
Nu, precies deze relatie is het enige dat bestaat. Het misverstand ontstaat wanneer men denkt, dat omdat er een relatie is tussen twee dingen, dat die twee dingen ook op zichzelf bestaan kunnen. Maar juist in de relatie worden de twee uiteinden van de relatie geboren; de relatie zelf is alles wat er is.
Daarom is de mens
een verhouding.
Daarom spreken we in de filosofie over
de eenheid der tegendelen.
axxyanus schreef: ↑26 nov 2022 17:31
Amerauder schreef: ↑24 nov 2022 17:56
Dat betekent dus dat de gemeenschappelijke wereld, hoewel gemeenschappelijk, tegelijkertijd ook deel van onszelf is.
Dat betekent dus op een fundamenteel niveau voorbij gaan aan Descartes, en aan de hele notie dat wij op wat voor manier dan ook als individu los van de buitenwereld zouden kunnen staan. Dat is onmogelijk. We zijn als individu volledig verweven met en onderdeel van de buitenwereld. Er is maar één wereld.
Maar de bewering is nu juist dat er geen buitenwereld is. Ik zie in het bovenstaande niets dat het bestaan van een buitenwereld zou tegenspreken.
Wie beweert dat er geen buitenwereld is?
Ik beweer dat de buitenwereld en het zelf slechts in relatie tot elkaar bestaan. De verhouding tussen de twee is hun beider bestaansvoorwaarde.
Een wereld zonder een zelf is even onmogelijk als een zelf zonder een wereld. Ze horen bij elkaar, bestaan slechts in verhouding tot elkaar.
axxyanus schreef: ↑26 nov 2022 17:31
Amerauder schreef: ↑24 nov 2022 17:56
Dit is als vragen door wie God geschapen is, of wat de oerknal heeft veroorzaakt.
De waarneming is primair, ze is het beginpunt. Dieper dan dat kunnen we niet zien. We kunnen verhaaltjes vertellen, maar die zijn altijd ondergeschikt aan de primaire ervaring van de waarneming zelf.
Dan de waarneming primair is in de betekenis dat al onze kennis bij waarnemingen moet beginnen, in niet in tegenstrijd met de visie dat die waarneming een oorzaak heeft. En dat we niet dieper kunnen zien, spreekt niet tegen dat we uit wat we kunnen zien, geen conclusies kunnen trekken uit eventuele diepere oorzaken.
Ja, dat kan ook wel. Dat is speculeren en verhaaltjes vertellen, en het is een groot goed. Laten we er vooral niet mee ophouden, verhalen zijn prachtig. Het punt is slechts dat het secundair is, altijd van een tweede orde, altijd ondergeschikt aan de primaire ervaring van de waarneming zelf.