Duke schreef:Bonjour schreef:De god van de Bijbel is een bruut.
Hier jouw voorkeuren. Jij pikt er maar wat uit ..zoiets heet shoppen wat jouw voorkeuren zijn. Jij schijnt namelijk te kicken op teksten die nogal gewelddadig overkomen. Jij wilt de God van de Bijbel afschilderen als een bruut. En je meent dat die zelfde teksten mainstream zijn voor elke gelovige Christen of Jood. Ik moet je teleurstellen.
Je haalt hier twee dingen door elkaar en maakt tegelijkertijd een claim die nergens op berust. Noch Bonjour noch iemand anders heeft beweerd dat "dezelfde teksten mainstream zijn voor elke gelovige Christen of Jood". Gelukkig zijn bijna alle gelovigen in onze tijd humaner dan hun God.
De stelling behelst de god van de bijbelteksten.
Nou, dan wil ik je toch dringend adviseren om je meer en meer echt serieus met bijbelexegese bezig te houden. Of kost dat teveel moeite ? Deze teksten zijn, beste Bonjour door tijd en ruimte afgesloten. Dus voor de gelovige van nu niet van belang, maar voor de bijbelexegeet wel, om ze namelijk te interpreteren van wat nu de 'functie' was (destijds) voor die mensen toen en in welke context (bah wat een vies woord voor jullie) de teksten staan. Dat geldt ook voor Genesis 38; 41. Maar dat vergt nogal wat exegese.
Je kijkt hier arrogant neer op atheïsten, alsof ze wat bijbelexegese betreft analfabeten zijn. Wie heeft hier last van teveel argwaan en vooroordeel? Teksten in de contekst lezen is een elementaire vanzelfsprekendheid voor iedereen die enige ontwikkeling heeft.
Dat de bijbelteksten die over een gruwelgod verhalen niet van belang zijn voor de gelovige van vandaag is eenieder bekend. Maar dat heft de stelling helemaal niet op dat veel teksten over een gruwelgod verhalen. De Sitz im Leben en contekst van een tekst doet dat ook niet. Die
bevestigt enkel dat het om een gruwelgod gaat, aangezien ze precies overeen komt met de tijd en cultuur waarin de verhalen geschreven waren, waarin het denken van de mens veel primitiever en barbaarser was.
De god van het zondvloedverhaal (dat je als voorbeeld voor de voeten is geworpen) is en blijft primitief en barbaars, evenals de oorlogsgod en evenals de god die er 'eeuwige bestraffing' op nahoudt.
Overigens was jouw bewering dat God geen mensen doodt, en de tekst die ik je voorlegde zegt uitdrukkelijk dat hij dat zeer zeker wel kan doen. Wil je nu beweren dat je via exegese kunt ontkennen wat je
hier in 22 vertalingen van Gen. 38:7 kunt lezen?
Ik had trouwens ook je volgende bewering kunnen becommentariëren als grove misleiding:
Duke schreef:Dat [vermoorden] doen mensen zelf (in naam van god) (Nu god met kleine letter).
Je opmerking "god met een kleine letter" is bedoeld om aan te geven dat het hier om ingebeelde valse goden zou gaan, niet de bijbelgod. Maar de bijbelgod geeft wel degelijk opdracht tot het uitroeien van zes volken.
En in naam van de bijbelgod voert men wel degelijk oorlog in de bijbel:
Dt. 7: Wanneer Jahweh, uw God, u de overwinning op hen [=zeven tevoren genoemde volken] schenkt moet u hen doden. U mag geen vresesverdrag met hen sluiten en hen niet sparen.
Dt. 20: Wanneer u vlak voor de strijd staat, moet de priester naar voren treden en het krijgsvolk zo toespreken: 'Luister, Israel. Vandaag bindt u de strijd aan met de vijand. Wees sterk en moedig, laat u niet afschrikken en wees niet bang voor hem: Jahweh uw God gaat met u mee, Hij is het die de strijd voor u voert tegen de vijand. Hij schenkt u de overwinning."
In de steden van het land dat Jahweh, uw God, u als grondgebied zal geven, mag u geen mens in leven laten. Alle Hethieten, Amorieten, Kanaänieten, Perizzieten, Chiwwieten en Jebusieten moet u doden.
Jozua 8:1,2 Hierop sprak Jahweh tot Jozua: Vrees niet en wees niet verschrikt; neem al het krijgsvolk met u en maakt u gereed, trek op naar Ai. Zie, Ik geef de koning van Ai, zijn volk, zijn stad en zijn land in uw macht, en gij zult met Ai en zijn koning handelen zoals gij met Jericho en zijn koning gehandeld hebt. Alleen moogt gij u meester maken van zijn buit en zijn vee’
Jozua 11: Toen zei Jahweh tot Jozua: Wees niet bevreesd voor hen, want morgen om deze tijd zal Ik hen allen als verslagenen aan Israël overleveren; hun paarden zult gij de pezen doorsnijden en hun strijdwagens met vuur verbranden.(...)Zoals Jahweh zijn knecht Mozes geboden had, zo had Mozes Jozua geboden en daarnaar heeft Jozua gehandeld: hij heeft niets nagelaten van al wat Jahweh aan Mozes geboden had.’
Rechters 20: Voor de aanvang van de strijd gingen de Israëlieten naar Betel om God te raadplegen: 'Wie van ons moet als eerste oprukken tegen de Benjaminieten?' vroegen ze. 'Juda', antwoordde Jahweh.
...Ze waren na afloop van de slag naar Betel gegaan en hadden daar tot de avond viel tegen Jahweh hun leed geklaagd. Tenslotte hadden ze Jahweh geraadpleegd en gevraagd of ze hun broeders, de Benjaminieten, opnieuw moesten aanvallen. 'Ja', had Jahweh geantwoord, 'val hen aan'.
...Moeten we onze broeders, de Benjaminieten, nóg een [derde] keer aanvallen of moeten we het opgeven?' vroegen ze, en Jahweh antwoordde: 'Val aan, morgen lever ik hen aan jullie uit'.
1 Sam. 15: Dit zegt Jahweh van de hemelse machten: Trek op tegen de Amalekieten en versla ze. Sla al wat ze bezitten met de ban en spaar niets. Dood man en vrouw, kind en zuigeling, rund en schaap, kameel en ezel."
2 Kron. 13: 14-18 Toen keerden de Judeeërs zich om; en zie, zij hadden een strijd van voren en van achteren, maar zij riepen tot Jahweh, de priesters bliezen op hun trompetten en de mannen van Juda hieven de strijdkreet aan. Toen de mannen van Juda de strijdkreet aanhieven deed God Jerobeam en geheel Israël tegen Abia en Juda de nederlaag lijden. De Israelieten vluchtten voor Juda en God gaf hen in hun macht. Abia en zijn volk richtten onder hen een grote slachting aan en er sneuvelden van Israël vijfhonderdduizend krijgers. Aldus werden de Israelieten te dien tijde vernederd. De Judeeërs hadden de overhand, omdat zij steunden op Jahweh, de God hunner vaderen.
Ps. 18 Gods weg is volmaakt, des Heren woord is zuiver...Hij oefent mijn handen ten oorlog, zodat mijn armen een koperen boog spannen...Ik vervolgde mijn vijanden om hen te achterhalen en liet niet af, eer ik hen had vernietigd; ik verpletterde hen...mijn haters verdelgde ik. Zij riepen om hulp maar niemand redde, ze riepen tot Jahweh, maar Hij antwoordde hun niet, toen vermaalde ik hen als stof voor de wind. Ik goot hen uit als slijk van de straten...Jahweh leeft, gij zijt mijn Rots..de God die mij wraak heeft verleend...Daarom loof ik U, o Jahweh...en wil ik u psalmzingen.
Ps. 60 Wie voert mij de vesting binnen,
wie zal ons naar Edom leiden?
Bent U het niet, God, U die ons verstoten had?
Voert U niet, God, onze legers aan?
Sta ons bij tegen de vijand,
de hulp van mensen is vergeefs,
Met God zullen wij triomferen,
Hij zal onze vijanden vertrappen.
Ps. 144: Geprezen zij Jahweh, mijn rots, die mijn handen oefent ten strijde, mijn vingers tot de oorlog...die volken aan mij onderwerpt.
Ps. 149: ‘Israel verheuge zich in zijn Maker, laat het volk juichen over hun Koning... want Jahweh heeft een welbehagen in zijn volk, Hij kroont de vernederden met de zege... Laat de vromen juichen in triomf, jubelen als zij te ruste gaan, met lofzang voor God uit hun kelen, en een tweesnijdend zwaard in hun hand, om wraak te oefenen aan de volken, bestraffingen aan de naties; om hun koningen met ketenen te binden en hun hooggeplaatsten met ijzeren boeien; om het beschreven vonnis te voltrekken. Dat is de glorie voor al Zijn getrouwen. Halleluja.’
Duke schreef:Ik weet ook niet alles. Sorry. Ik ben geen bijbelexpert.
In dat geval zou je wat minder hoog van de toren moeten blazen. Ga bijvoorbeeld de bijbel beter lezen voordat je aankomt met beweringen die niet waar zijn.
Bovendien kun je als je je beroept op "serieuze exegese" heel eenvoudig een link geven naar een bijbelexegeet, of de tekst uit boeken van serieuze exegese waar je je opinie op berust, die (bijvoorbeeld in het je voor de voeten geworpen zondvloedverhaal) beargumenteerd aantoont dat het hier niet om een brute God gaat. Indien je dat niet kunt doen ben je eenvoudig bezig met het aanreiken van holle klanken.
Duke schreef:Bonjour schreef:Zowel in het OT als het NT. Bekijk daarvoor zijn plannen met ongelovigen op de dag des oordeels. Dat is niet een verzinsel van atheïsten, het is gewoon lezen wat er over Hem geschreven staat.
Dag des oordeels.Tjonge ...toe maar.. Pfff...Niet zo hoog van de toren blazen... Begin maar eens eerst eens met het Kerstverhaal. En dan zien we daarna wel verder.....Of is dat te braaf...?
Dit noemt men bewust negeren van een argument. Is niet gewenst op dit forum. De gegeven kritiek heeft niets met 'hoog van de toren blazen' te maken, maar is het aanreiken van een feit dat iedere lezer van de bijbel kan verifiëren en bevestigen. En deze kritiek verdwijnt niet door erop te wijzen dat er ook wel aangename fantasieën in de bijbel staan.