Heel interessant allemaal holog, dank voor de toelichting.
Maar blijft Levin als ik je goed begrijp dan niet steken in een verdubbeling van de wereld?
Om even de grote lijnen te schetsen, men dacht over het algemeen, wij bewonen een wereld waarbinnen wij ons bewegen, en waar wij ervaringen van hebben.
Toen kwam Kant en die zei hoor eens even, mooi niet, want die wereld waar jullie het over hebben die is nu juist het product van precies die ervaringen.
Dus we moeten het niet hebben over dat wat achter die ervaringen schuil zou kunnen gaan, want dat kan niet, nee we moeten ons in plaats daarvan richten op de ervaringen zelf. Het is uit deze ervaringen dat wat wij de wereld noemen wordt opgebouwd. Zoals Goethe het uitlegt: “Zoek toch niets achter de fenomenen – zij zijn zelf de leer.”
In and
Zen and the Art of Motorcycle Maintenance staat ook een mooi citaat:
We take a handful of sand from the endless landscape of awareness around us and call that handful of sand the world.
Met deze grootse perspectiefwisseling, copernicaanse wending zoals Kant het zelf noemt, doet echter ook een wat mij betreft verkeerde interpretatie van Kant de kop op. Namelijk die waardoor wij mensen als ‘subjecten’ zijn gaan zien met ieder hun hoogst persoonlijke wereldbeeld en waarheidsinterpretatie. De wereld wordt gereduceerd tot de persoonlijke beleving van de enkeling. Onzin, want een individu kan in zijn eentje helemaal niets ervaren, hij doet dat in groepsverband. De mens is een sociaal wezen.
Het probleem is bovendien dat er een verdubbeling van de wereld wordt opgeworpen. Enerzijds kan men dat idee van een afgescheiden ‘buitenwereld’ maar niet loslaten – terwijl Kant nu juist heeft aangetoond dat zoiets onbereikbaar voor ons is – en anderzijds roept men daarbij een nieuwe wereld op, de wereld die het individu voor zichzelf projecteert om in die buitenwereld te kunnen navigeren, als een soort wegenkaart, een nuttig stukje fictie dat wij als gereedschap hanteren. Twee werelden – de kaart en dat waar de kaart naar verwijst. (En hier komen we dan uit op het verschil tussen wetenschap en kunst en het ervaren van de werkelijkheid zelf, maar dat is weer een onderwerp op zich.)
Maar dat is een vergissing, want het hele punt is nu juist dat die ‘projectie’, om even in dat beeld te blijven, die wegenkaart nu juist precies datgene is wat de buitenwereld constitueert. Het is geen projectie, het is geen beeld van de wereld, het is de wereld zelf. Het is de wereld die wij met elkaar delen, en met elkaar maken. Alles daarbuiten is ook buiten ons bereik en zou daarom in zekere zin net zo goed afwezig kunnen zijn.
Als ik jouw berichten over Levin lees holog dan krijg ik de indruk kan hij keihard double-down gaat op deze vergissing. Niet alleen de mens maar ieder levend wezen ‘projecteert’ in de hier beschreven zin zijn eigen privé-waarheid om zich in een daarvan afgescheiden buitenwereld te kunnen navigeren. De wereld enerzijds en de interpretatie van de wereld anderzijds komen er als twee van elkaar gescheiden werelden uit te zien. Terwijl Kant nu juist heeft aangetoond dat zoiets onmogelijk is, binnen- en buitenwereld zijn wederzijds afhankelijk.
Hoe zie jij dat?
holog schreef: ↑28 nov 2025 00:20
geen reden tot paniek want deze 'top-down' quasi-platonische benadering is natuurlijk slechts 1 perspectief, je kan het net zo goed ook omdraaien. (idealisme versus emperisme).
Maar het project van Kant – en zijn grote verdienste – nu juist om
uit deze impasse te geraken, idealisme en empirisme met elkaar te verenigen door te laten zien hoe ze wederzijds afhankelijk van elkaar zijn.