Bijgaande foto is op 6 juni 1990 genomen door Voyager1 op grofweg zes biljoen. kilometer (3,7 biljoen mijl) van de aarde verwijderd .

... Kijk nog eens naar die stip. Dat is hier. Dat is thuis. Dat zijn wij. Hierop heeft iedereen van wie je houdt, iedereen die je kent, iedereen waar je wel eens van gehoord hebt, elk menselijk wezen dat er ooit is geweest, een leven geleden. Het aggregaat van ons plezier en lijden, duizenden overtuigde religies, ideologiëen en economische doctrines, elke jager en verzamelaar, elke held en lafaard, elke maker en breker van de beschaving, elke koning en onderdaan, elk jong verliefd stel, elke vader en moeder, hoopvol kind, uitvinder en ontdekker, elke leraar van normen en waarden, elke corrupte politicus, elke "superster", elke "opperste leider", elke sint en zondaar in de geschiedenis van ons geslacht leefde daar- op een frummeltje stof gevangen in een zonnestraal.
De Aarde is een heel klein podium in een uitgestrekte cosmische arena. Denk maar eens aan de rivieren van bloed verspild door al die generaals en keizers, zodat, in glorie en triomf, ze eventjes meester konden zijn van een fractie van die stip. Denk aan de eindeloze wreedheden begaan door de bewoners van één uithoek van deze punt tegen de amper te onderscheiden bewoners van een andere uithoek, hoe vaak ze elkaar niet begrijpen, hoe gebrand ze er op zijn om elkaar te vermoorden, hoe fel hun haat was. Ons vertoon, de veronderstelling dat we zoveel belangrijker zijn, het waanbeeld dat ons bestaan in het Universum één of ander privelege is, worden op de proef gesteld door dit vage stipje van licht.
Onze planeet is een eenzaam spettertje in een groots allesomvattend cosmisch donker. In onze obscuriteit, in al deze uitgestrektheid, is er geen aanwijzing dat er ergens anders vandaan hulp zal komen om ons te redden van onszelf.
De Aarde is tot dusver de enige planeet waarvan we weten dat er leven op is. Er is nergens anders, in de nabije toekomst tenminste, waarheen ons geslacht zou kunnen migreren. Bezoeken, ja. Vestigen, nog niet. Of je het nu leuk vindt of niet, voorlopig is de Aarde waar we ons moeten laten gelden.
Men zegt dat astronomie een ervaring is die karakter bouwt en nederigheid afdwingt. Er is waarschijnlijk geen betere demonstratie van de zotheid van de menselijke zelfingenomenheid dan dit verwijderde beeld van ons pietepeuterige wereldje. Voor mij onderstreept het onze verantwoordelijkheid om aardiger voor elkaar te zijn, en dat we met liefde en behoedzaamheid om moeten gaan met die vage blauwe stip, het enige 'thuis' dat we ooit hebben gekend.
~Carl Sagan 1994~
(Uit: Pale Blue Dot: A Vision of the Human Future in Space, uitgegeven door Random House)
Het enige dat ik hier nog aan toe zou willen voegen, is dat deze afbeelding mij ook herinnert aan al die mensen die denken dat onze beperkte levens (bijsluiter: zonder goddelijk plan) waardeloos zouden zijn. Als een afbeelding als deze mij ook maar één ding doet beseffen, dan is het dat de nietige en tijdige aard van ons bestaan onze levens juist waardevoller maakt. We hebben er relatief gezien maar een pietsie beetje van, en dat maakt wat er mee doen alleen maar belangrijker. Wat voor die vage bauwe stip geldt, geldt net zo goed voor elk van ons.
