Mullog schreef: ↑05 nov 2022 19:19
Johannes 14;6 Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.
Ik heb daar diverse malen diep over nagedacht en ik vind het van een nietszeggendheid en betekenisloosheid die mij bijna beangstigt (bij wijze van, dan).
Heb jij hier een mening over?
Hi Mullog, ik heb er een nachtje op geslapen en toen ik wakker werd was er inderdaad vanalles over te zeggen!
Het eerste wat men erover kan opmerken is dat zelden iemand die zo ingenomen was met zichzelf door het mensenras met zo'n groot enthousiasme en dankbaarheid ontvangen werd. Het wordt in de geschiedenis slechts geëvenaard door Donald Trump, die de diepere betekenis van de woorden dan ook volkomen begreep, namelijk dat wanneer men zich erop toelegt het toppunt van onbescheidenheid te bereiken, men zich kan verzekeren van succes en een grote kudde volgelingen, dezelfde schaapjes als die ook achter Jezus aan lopen. Schaapjes die uitstekend opgeleid zijn om zichzelf als onwaardig en mislukt te beschouwen en de wereld als vreselijk gemeen en satanisch, en zich graag overgeven aan de persoon die zegt "I am the chosen one".
Het tweede dat men erover kan opmerken is dat wanneer men waarheid equivalent maakt van een persoon, men het recept heeft uitgevonden met behulp waarvan men zich nooit meer over waarheid hoeft te bekommeren. Dit is inderdaad beangstigend. Het staat ongeveer gelijk aan het leven te begrenzen tot het bewandelen van één weg. De man die zegt "Ik ben de weg" heeft dus zo'n speelgoedwereldbol, laten we zeggen die van Charlie Chaplin in de beroemde film The Dictator, en leent van Trump een sharpie, waarmee hij vervolgens op de wereldbol één weg tekent die door de hele wereld rondgetrokken wordt. En dáár moeten wij allemaal dan ons leven lang op lopen, fietsen en autorijden. Voor iemand die daar aan gehoorzaamt is de wereld daarmee verkleind tot het uitzicht op het asfalt, de plastic weggeworpen afval in de berm en misschien nog af en toe een konijntje of vos die schichtig de verte in wegvlucht, indien ze erin slagen niet overreden te worden.
Het derde wat men erover kan zeggen is dat wanneer Jezus tot "het leven" wordt uitgeroepen, men het leven berooft van alle kunst, van dansen, erotiek en seksuele gemeenschap, van lachen, van sport en spel, van politiek, van landbouw, van handel, natuurwetenschap, techniek, geschiedwetenschap, psychologie, literatuur, en ga zo maar door. Voor Jezus bestaan al die malle zaken niet. Iemand die zich op die dingen toelegt behoort tot 'de wereld', is hopeloos blind en verdwaald, en moet eruit worden getrokken, volledig in een religie ondergedompeld worden waar als realiteit enkel geldt "innerlijke beleving" - de vlucht in het onvatbare, het licht, de geest, het hiernamaals, kortom in het niets, in de eigen wereld van waan die men voor zichzelf geschapen heeft, waar men met kinderlijke zaligheid, en totale onwetendheid over of desinteresse voor wat betreft alles wat erbuiten bestaat, zich aan heeft overgegeven. De fantasie gaat zover dat de evangelieschrijver zelfs kan schrijven:
"Wie hem ontvingen en in zijn naam geloven heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden. Zij zijn niet op natuurlijke wijze geboren, niet uit lichamelijk verlangen of uit de wil van een man, maar uit God."
Het vierde wat men erover kan zeggen is dat men moet afleren dit bovenstaande met "Jezus" te verbinden. Deze kijk op het het leven is afkomstig van de anonieme schrijver of schrijvers van het Johannesevangelie. Het heeft niets met een joodse historische personage te maken die ooit op aarde heeft rondgelopen. Deze Jezus is een fantasieproduct van een uitwas van laat Hellenistisch-Grieks denken.
Nietzsche becommentarieerde dit denken als iets wat groeide uit een instinctieve haat tegen de realiteit, uit Weltschmerz, een gevolg van een overgevoeligheid voor het lijden. Het is het hoogtepunt van decadentie.
Het "Niemand komt tot de Vader dan door mij" is met vele andere onderdelen uit het johannesevangelie de eerste aanzet tot het laat- of neoplatonistische religieuze denken, waarin God wordt gezien als zo verheven en de wereld zo bezoedeld, dat er een tussenschakel moet worden uitgevonden, een Demiurg, een figuur die de fysieke schepping geschapen heeft en zich met de wereld bemoeit. Later groeit daar de christelijke gnostiek uit. De Grieks-heidense theologie van Johannes waar Jezus goddelijkheid gegeven wordt staat diametraal tegenover het joodse geloof, waar dit juist de allergrootste godslastering is. In het evangelie van Johannes worden de tegenstanders van Jezus dan ook betiteld met de benaming "de joden", hetgeen goed laat zien dat zowel de schrijver als zijn Jezus geen Jood was.
Aan de andere kant wel een mooie zin, gewoon als zin. Zoals miss universe een mooie vrouw kan zijn maar je er liever niet mee getrouwd bent.
Precies. Het heeft dezelfde aantrekkingskracht als drugs die je kunnen verplaatsen naar een andere, innerlijke, realiteit. Het lokt aan, vooral als je in een realiteit leeft die benauwend is of ongelukkig maakt. Maar iedereen die nog beschikt over enige realiteitszin weet dat het geen permanente basis voor het leven kan zijn.
Toen ik 16-17 was maakte het Johannesevangelie diepe indruk op mij en leerde ik er hele hoofdstukken van uit mijn hoofd. Andere drugs heb ik nooit uitgeprobeerd.
